Leidend bij de herstructurering van het bisdomkantoor van het bisdom van Breda zijn speerpunten van diocesaan beleid en het op peil houden van de diocesane dienstverlening. Het bisdom van Breda werkt integraal met zes beleidsterreinen. Omdat het wenselijk is op alle beleidsterreinen het niveau van de dienstverlening op peil te houden, raakt het plan de gehele breedte van de organisatie.
De financiële ontwikkeling van parochies en het bisdom van Breda hangt nauw samen met de ingrijpende veranderingen in Kerk en maatschappij. De financiële situatie is een zichtbare aanleiding, maar de toenemende onzekerheid en individualisering en de groeiende behoefte aan gelovige inspiratie, geloofskennis en een geestelijk thuis is de reden om de dienstverlening van het bisdom nieuw te organiseren gericht naar de toekomst. In het spoor van de parochies zal ook het bisdomkantoor kleiner worden. De dienstverlening van het bisdom ten dienste van de vitaliteit van de (nieuwgevormde) parochies zal zich specifiek richten op:
1) Kennis en vaardigheden
2) Geloofsoverdracht
3) Ambtelijke ondersteuning
Diocesaan vormingscentrum
Voor de dienstverlening op het gebied van kennis en vaardigheden en van geloofsoverdracht neemt het bisdom het initiatief tot een kennis- en vormingscentrum. Dit centrum beoogt toerusting en vorming voor beroepskrachten en vrijwilligers om hen toe te rusten en zelfbewustzijn te geven een bijdrage te leveren aan Kerk en samenleving. Het vormingscentrum biedt vorming om het pastoraal en kerkelijk leven te dragen, om de dialoog met de seculiere samenleving aan te gaan en het diaconale gezicht van de Kerk handen en voeten te geven. Ook voor werkers uit de zorg en het onderwijs wil dit centrum gerichte ondersteuning bieden.
Kerk en samenleving
In de maatschappij is een verandering gaande met betrekking tot de plaats van de religie. De altijd aanwezige behoefte aan spiritualiteit en inspirerende voorbeelden wordt sterker gevoeld. Tegelijk geldt: wat enkele decennia geleden algemeen beschouwd werd als een publiek gegeven, wordt nu vooral gezien als iets wat tot de privé-sfeer van mensen behoort.
Echter volgens de Kerk is er altijd een maatschappelijke taak: bouwen aan een beschaving van liefde. Bij de zorg voor de arme en zieke medemens alsook voor goed onderwijs had de Kerk in het verleden vaak een pioniersrol; sinds vorige eeuw zijn deze taken grotendeels door de overheid overgenomen. De Kerk blijft daar vanuit haar aard op betrokken en ziet onderwijs en katholiek onderwijs als een dienst aan de samenleving. Zorg voor de arme en zieke medemens wil zeggen: aandacht voor de naaste die is geschapen als beeld van God en een onvervreemdbare waardigheid heeft.
Krimpsituatie
Ook in de Kerk zijn er grote veranderingen gaande, die meetbaar zijn in kleinere aantallen: er is een krimpsituatie. Kleinere kerkbetrokkenheid werkt door in een afname van financiële bijdragen. Naast het minder beschikbaar zijn van priesters, diakens en pastoraal werk(st)ers legt ook het minder beschikbaar zijn van middelen een grote druk op het pastoraat.
De noodzaak doet zich voelen om gerichter, effectiever en nog meer dan voorheen projectmatig te werken opdat de financiële en ambtelijke ondersteuning op peil gehouden wordt.