Op zondag 27 oktober zond Omroep RKK een Geloofsgesprek uit met Charlotte den Toonder uit Ovezande. Wie de uitzending heeft gemist kan het Geloofsgesprek bekijken via de internetsite van Omroep RKK, of hier een verslag lezen.
Klik hier voor de uitzending.
Charlotte den Toonder
Charlotte den Toonder is een jonge vrouw uit Ovezande, een dorp van 1200 inwoners in de Zak van Zuid-Beveland. Ze is gehuwd en heeft drie kinderen (één zoon en twee dochters) in de leeftijd van 13, 10 en 9 jaar. Charlotte is niet in Ovezande geboren. Ze komt uit het nabijgelegen plaatsje Lewedorp. Ze is als vrijwilliger betrokken bij de lokale parochie.
De katholieke kerk
“De katholieke kerk staat midden in het dorpshart,” vertelt ze. “Ik steek veel tijd in de opbouw van de geloofsgemeenschap. Na mijn huwelijk ben ik in de geboorteplaats van mijn man gaan wonen. Gaandeweg is Ovezande mijn thuis geworden. De mensen kennen mij allemaal bij naam. De kinderen van het dorp herkennen mij als “juffrouw van de kerk”. Dit is het leuke van een dorp. Iedereen, jong en oud, is erbij betrokken. Je leeft niet anoniem. Ik weet niet hoe het in een stad is. De gemeenschap voelt fijn.”
‘Ik voelde dat ik mijn kinderen van God kreeg’
“Het gezin is mijn grote schat,” vertelt ze. “Mijn kinderen heten Joep, Brechtje en Puck. Hun geboorte was steeds een geweldige ervaring. Ik voelde dat ik mijn kinderen van God kreeg. Het is geweldig dat ik zorg voor hen mag dragen. Ik hoop dat God mijn kinderen vasthoudt. Dit geloof heb ik van mijn ouders ontvangen. Ze hebben een rotsvast geloof. Dat haalt ons door alle zorgen. Ik zie hoe waardevol het geloof voor mijn ouders is.”
‘God. Houdt mijn hand vast’
Dit zijn geen loze woorden. Charlotte en haar ouders hebben met verdriet te kampen gehad. De broer van Charlotte overleed toen hij 38 jaar oud was. “Op een gegeven moment ging er bij hem van alles verkeerd. Hij kon zelfs de weg niet meer vinden. We zijn naar het ziekenhuis gegaan. Ik was erbij toen hij de uitslag kreeg. Het was kanker. Mijn broer heeft nog zes weken geleefd. Ik heb toen gebeden: “God. Houdt mijn hand vast.”
“God heeft toen mijn hand vastgehouden,” zegt Charlotte vol overtuiging. “Er was rust en vertouwen. Dit voelde ik wanneer ik hem aankeek. We hebben dit ook duidelijk ervaren bij de uitvaart. In ons dorp zijn twee kerken (een van de PKN en een katholieke (red.). De uitvaartviering was in de katholieke kerk. In de protestantse kerk stond een scherm, zodat iedereen in het dorp de viering mee kon beleven. Op alle linten stonden namen. Op het kerkhof waaide alle linten op. Toen dacht ik: “Nu ben je in de hemel.” Was ik boos? Neen. Zo loopt het leven. Zijn leven op aarde was klaar.
Hij had geen gezin. Toen hij ziek was, ontdekten we dat hij contacten had met een vrouw. We wisten niet dat er een relatie grooide. We hebben deze vrouw er bij betrokken. Ik heb later ontdekt hoe waardevol die laatste zes weken van zijn leven waren. We konden ons verzoenen met zijn dood. We mochten iets afronden Ik kon vertellen wat hij voor mij betekende. Hij was de broer die wat betreft leeftijd het dichtste bij mij stond. Hij haalde allerlei gekkigheden met me uit. In het lijden ervaarde ik dat God mij vasthoudt. Na zijn dood kreeg ik zijn fiets met versnellingen. Toen ik er op fietste bleek het wiel scheef te zitten. Ik trapte me suf. Ik hoorde hem toen lachen. Hij had me een poets gebakken.”
Jezus Christus
“Ik praat vanuit mijn hart. Graag werk ik met kinderen. Ik heb als groepleidster gewerkt. Ik wil mijn kinderen meegeven dat Jezus Christus ons grote voorbeeld is. Hij is er altijd. Dat geldt ook voor kinderen die op school niet goed mee kunnen. Het is wel van belang om in het geloof te groeien. Het is niet altijd eenvoudig het geloof door te geven. Je moet er tijd voor vrij maken. Kinderen hebben wel gevoel voor mystiek, voor het geloof.”
Voorbereiding op de Eerse heilige Communie
Charlotte merkt dit als ze kinderen voorbereidt op de Eerste Heilige Communie. “Dit dreigde in ons dorp te verdwijnen. Ik vond dat dit niet mocht gebeuren. De parochie is van geboorte tot dood. Alles hoort erbij. Als de Eerse heilige Communie zou verdwijnen, ontbreekt een schakel. Samen met een aantal anderen hebben we de handen uit de mouwen gestoken. We vragen van de ouders dat ze helpen iets voor te bereiden. Kinderen hebben hun hulp nodig. Dan kunnen ze zeggen dat zij iets gedaan hebben. Ik heb in deze geen verwachtingen, wel hoop. Ik ben blij met alle kleine beetjes betrokkenheid die mensen tonen. Je merkt dat je iets doorgegeven hebt als je hen terugziet en zich bijvoorbeeld laten vormen.”
Parochiaan zijn
“Dat spreekt mij aan, de handen uit de mouwen steken om de gemeenschap samen op te bouwen. Het geloof neemt een plaats in binnen mijn leven. Je mist iets als je er geen tijd voor neemt. Ik ga elke zondag. Ik adviseer iedereen dit ook te doen. Ik denk ook geregeld aan nadere dingen, maar dan ineens raakt het me. Ik heb binnen de gemeenschap verschillende taken. Ik ben lector, help mee met de kindernevendienst. Ik zong vroeger oook in het jongerenkoor . Door te zingen komen teksten bij je binnen. Nu geniet ik er ook van om gewoon in de kerk te zitten, de viering bij te wonen en parochiaan te zijn.”
Moeder
Charlotte geniet van haar vrijwilligerswerk. “Toen de derde geboren werd, ben ik volledig huismoeder geworden. Ik vind het belangrijk de kinderen zelf op te voeden en er voor hen te zijn. Daarnaast doe ik vrijwilligerswerk. Ik hoef niet steeds in mijn agenda te kijken. Deze keuze heb ik vanuit mijn geloof gemaakt. Het zit in wie ik ben. Er is iemand in mijn hart die zegt ‘Deel wat je krijgt.’ Waarom nam ik deze keuzes? Vanuit mijn geloof in God die mij de weg wijst. Ik vertrouw op Hem.”
Vertrouwen
Ze illustreert dit met een voorbeeld. “Mijn schoonvader en mijn man hebben met een groep uit het dorp een Mariakapel gebouwd op een plaats waar vroeger de schuurkerk stond. Het is een plaats van rust en vrede.” Maria is ook een persoon op wie je altijd kunt bouwen. Vicaris Verbeek heeft de kapel ingezegend. Toen, op de dag van de inzegening, werd er slecht weer voorspeld. Ik hield vertrouwen. Ik wist dat het goed kwam. Toen we in processie naar de kapel trokken, ging plotseling de zon fel schijnen en verscheen de regenboog. De buien gingen aan ons voorbij.”