Op zaterdag 16 juni ontving bisschop Liesen drie bestuursleden van de Indonesische franciscanessen van Charitas en het niet-ledenbestuur van de Nederlandse moederprovincie.
Bezoek aan bisschop Liesen
Mevr. I. van de Kar, lid van het niet-ledenbestuur van de franciscanessen van Charitas spreekt van een geslaagde ontmoeting. “Het is ook gebruikelijk wanneer we in Indonesië te gast zijn de lokale bisschop bezoeken. De Indonesische zusters waren ook blij met de ontvangst door bisschop Liesen. Het gaat hier om een bloeiende congregatie van 250 zusters. Dit jaar zijn er 20 jonge vrouwen aan hun opleiding begonnen.”
Bisschop Liesen vierde samen met de bestuursleden de eucharistie. Rector P. Spanjer mhm van het moederhuis in Roosendaal was concelebrant.. De bisschop schonk beide besturen een kopie van het contract uit 1845 tussen het kerkbestuur van Oosterhout en de regenten van het gasthuis te Breda. Hiermee was de stichting van de franciscanessen van Charitas destijds een feit.
De congregatie in Nederland
Op 26 december 1845 werden de zusters van hett gasthuis in Oosterhout afgesplitst van het moederhuis van de zusters ‘Alles voor Allen’ in Breda. Moeder Theresia Saelmakers werd de eerste overste van de nieuwe congregatie. De zusters werkten vooral in ziekenhuizen. In 1853 werd het moederhuis verplaatst naar Steenbergen en in 1905 naar Roosendaal, waar het nu nog staat. Tot 2008 kende de congregatie een bestuur van zusters. Op 7 maart 2008 gaf bisschop Van den Hende zijn goedkeuring aan het besluit dat het bestuur van de congregatie, gelet op de gevorderde leeftijd van de zusters, werd overgedragen aan een bestuur dat uit personen bestaat die geen lid zijn van de congregatie. In Nederland is de congregatie nu enkel in Roosendaal gevestigd.
Voortgang in Indonesië
De Roosendaalse zusters sloegen hun vleugels ook buiten Nederland uit Op 9 juli 1926 kwamen vijf zusters van Charitas in Palembang op Sumatra. Ze gingen daar werken in een ziekenhuis dat kort tevoren was overgenomen door de Katholieke Kerk. Hier ligt de basis van de Indonesische provincie die vanaf 1991 zelfstandig is. De zusters hebben 30 buitenposten op verschillende Indonesische eilanden. Buiten de ziekenzorg werken de Indonesische zusters ook in het onderwijs. “Verpleging en onderwijs zijn nauw met elkaar verbonden,” aldus mevrouw Van de Kar. “Scholen zijn als het ware de kraamkamer voor toekomstige religieuzen.”