Weblog Bisdombedevaart 2019

Van 12 tot en met 19 oktober 2019 maakt het Bisdom Breda een achtdaagse bedevaart naar Italië. Gedurende de reis wordt op deze pagina dagelijks een weblog bijgehouden. Tenzij anders vermeld zijn alle foto’s gemaakt door Ramon Mangold.

Overzicht:

 

Dag 8: Slotdag van de bedevaart

Update: 20 oktober

We hadden op zaterdag 19 oktober nog een lange reisdag voor de boeg. De bussen brachten ons van Weil am Rhein naar Breda. We arriveerden daar rond 20.30 uur. We maakten een tussenstop in Maria Laach waar we voor de laatste keer samen aten.

Vragenuur
Onderweg keken we uit op het landschap waar de herfst haar intrede doet. Het was bewolkt en het regende regelmatig flink. Het was duidelijk dat we het zonnige Italiaanse klimaat verruilden voor het Nederlandse herfstweer. In onze bus verzorgden bisschop Liesen, vicaris Paul Verbeek en rector Norbert Schnell een vragenuur. De meeste vragen gingen over achtergronden van de liturgie zoals de lichaamshoudingen tijdens de eucharistieviering en het geven van de vredeswens bij de communieritus. Dit vragenuur leidde tot een levendige uitwisseling en bekortte de reis naar de abdij van Maria Laach waar we rond het middaguur aankwamen. De abdij van Maria Laach ligt in een prachtige omgeving. Vanuit de bus wierpen we een blik op het meer waaraan de abdij zijn naam ontleent.

Nog voor de eucharistieviering lunchten we in de Klostergaststätte van de abdij. Het restaurant schotelde een heerlijke maaltijd voor. We genoten van appelsap, gemaakt van appels uit de boomgaard van de abdij.

In nomen Dei feliciter
Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering. De feestelijke slotviering stond in het teken van Sint Willibrordus, de apostel der Nederlanden. Willibrordus was monnik en missionaris. Hij stichtte in de achtste eeuw de abdij van Echternach. In zijn homilie benadrukte bisschop Liesen dat Jezus Christus verder werkt via zijn apostelen. Hij leeft en steeds opnieuw roept Hij mensen die de Blijde Boodschap willen verkondigen, zoals de heiligen Servatius, Amandus en de Willibrordus. Op het einde van zijn leven maakte Willibrordus een persoonlijke aantekening in het Calendarium van Echternach: “In nomen Dei feliciter” (Gelukkig in de naam van de Heer). Willibrordus schreef dit in het besef dat de Heer ons nooit alleen laat. De bisschop wenste ons toe dat bij thuiskomst iets veranderd is in ons leven: namelijk dat we er ons er meer van van bewust zijn dat de Heer bij ons is en dat we leven in Zijn naam en zo levende getuigen worden van Hem.

Ga terug naar de top van de pagina

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Han Brinkhof

Han Brinkhof is een van de oudere pelgrims. Met zijn 83 jaar is hij actief in de parochiekern van het Heilig Hart in Maarssen. Hij is acoliet en lector. “Ik bouw geleidelijk aan mijn werkzaamheden af,” zegt hij. “Vroeger vervulde ik verschillende coördinerende taken maar dat doe ik niet meer.” Zo leidde deze vroegere aannemer de werkgroep van de ‘handige mannen’, een groep mannen, die instaat voor het onderhoud van de kerk. “We hebben in Maarssen een mooie neogotische kerk die ontworpen is door Alfred Tepe.” Naast zijn parochiale activiteiten was Han vrijwilliger bij de Historische Kring Maarssen en de kanunnikessen van het Heilig Graf die een priorij hadden in Maarssen.

“We hoorden op het geloofsgesprek over de bedevaart,” zegt Han. “Mijn vrouw en ik voelden ons geïnspireerd om mee te gaan. We wisten ook niet zoveel over Benedictus en wilden er meer over weten. Daarnaast vonden we het mooi om met een grote groep op stap te gaan. De hele sfeer in de bedevaart is erg goed.”

“De bedevaart versterkt zeker mijn geloof. We hebben genoten van de eucharistievieringen. De preken en de voorbeden geven ons stof tot bezinning.”

Voor Han Brinkhof vormde het bezoek aan Montecassino het hoogtepunt van de bedevaart. “Het is knap hoe opgebouwd is. Ik kijk ook met de ogen van een aannemer naar deze bouwwerken. Ik vraag me dan af hoe ze vroeger, zonder de huidige kennis van techniek en hulpmiddelen, zo’n kloostercomplex konden bouwen. Hoe brachten ze bijvoorbeeld het materiaal naar boven? Ik vond ook de kathedraal van Arezzo prachtig.”

Op de vraag waarom hij zich voor de kerk inzet, antwoordt Han: “Ik kom uit een katholiek nest. Mijn oudste broer is kapucijn. Hij heeft 55 jaar in Tanzania gewerkt. Indertijd gingen ze met twaalf man naar dit land. Hij is de enige die over is. Sinds vier jaar woont hij Tilburg. Waar hij kan, assisteert hij in parochies. Als aannemer heb ik gewerkt aan het onderhoud van onze kerk. Ik help nog graag mee al moet het soms wat minder. Maar jongeren zijn er weinig. Dat vind ik zorgelijk. Iedereen doet echter zijn best. Dat geeft me hoop.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Fotogalerij Bisdombedevaart

De laatste updates voor deze weblog worden voorbereid. Hans de Jong en Ramon Mangold hebben hard gewerkt om elke dag van de bedevaart in woord en beeld te verslaan. In de weblog zijn lang niet alle foto’s opgenomen die Ramon gemaakt heeft. Daarom deze speciale pagina waarop wel alle foto’s zijn geplaatst. De foto’s zijn up to date tot en met de slotdag in Maria Laach (19 oktober).

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 7: Paus van de vrede

Update: 19 oktober

Op vrijdag 18 oktober vervolgde de bedevaart van het bisdom Breda de terugweg. We reisden via Sotto il Monte door Zwitserland naar Weil am Rhein. Op zaterdag 19 oktober komen we thuis.

Sotto il Monte betekent ‘Zoom op de Berg’ ofwel Bergen op Zoom. Het jubelstadje aan de Schelde heeft een bijzondere band met deze plaats. Dat komt door één van haar beroemdste inwoners: Angelo Roncalli ofwel Johannes XXIII. Deze heilige paus werd in 1881 in Sotto il Monte geboren. In zijn geboortehuis is een steen uit Bergen op Zoom ingemetseld. Toen de huidige Roncalli-scholengemeenschap werd opgericht vroeg de eerste rector Paus Johannes XXIII toestemming deze school naar hem te noemen. Paus Johannes XXIII verleende de gunst een steen uit zijn geboortehuis in deze school in te metselen. Deze steen werd vervangen door een steen uit Bergen op Zoom.

Sotto il Monte is een gewoon Italiaans plaatsje dat de sfeer ademt van Johannes XXIII. We kwamen er om 9.00 uur aan. We vierden de eucharistie in de parochiekerk. Dit is niet de kerk waarin Angelo Roncalli gedoopt is. Deze kerk is gesloopt en vervangen door een nieuwe. Angelo Roncalli heeft deze nieuwe kerk zelf in 1929 gewijd. Hij was toen al titulair aartsbisschop en pauselijk legaat in Bulgarije. Later, in 1976, is de kerk samen met een pelgrimskerk toegewijd aan Maria della Pace (Maria, koningin van de vrede).

Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering. Vicaris Paul Verbeek verzorgde de homilie. Naast zijn functie als vicaris is Paul Verbeek pastoor van de Lievevrouweparochie in Bergen op Zoom. Hij stond stil bij de persoon van de heilige paus Johannes XXIII. Hij schetste hem als een brenger van vrede. Niet voor niets luiden de beginwoorden van zijn geestelijk testament: Pacem in terris (Vrede op aarde). Hij publiceerde deze encycliek in 1963, twee maanden voor zijn overlijden. Paus Johannes XXIII kende de diepe betekenis van het begrip vrede. Hij had twee wereldoorlogen meegemaakt. Tijdens de Eerste Wereldoorlog diende Paus Johannes XXIII in het leger. Tijdens de Tweede Wereldoorlog probeerde hij als diplomaat het leed te verzachten. Om vrede te kunnen stichten moet je vrij zijn van ballast en dat was Angelo Roncalli.

Hij bezat een gezond verstand en wist door zijn opvoeding in het gezin wat echte liefde en zorgzaamheid is. Hij heeft zijn wortels nooit verloochend en hij was trots op zijn ouders, familie en dorp. Hij zag het als zijn opdracht om het wantrouwen te bestrijden. Wantrouwen leidt tot angst en angst tot geweld. Daarom werd Roncalli naar landen gestuurd waar men wantrouwend stond ten opzichte van de rooms-katholieke Kerk, zoals Bulgarije, Turkije en Griekenland. Angelo Roncalli was open, ontwapenend en had gevoel voor humor. Hij spiegelde zich aan de Goede herder van wie hij voorbeelden had gezien in zijn vroegere bisschop van Bergamo en zijn dorpspastoor. Voor hem kwam er vrede als ieder respect heeft voor de ander en in hem of haar de grote Ander mag zien.

Buiten het feit dat vicaris Verbeek de predikant was kreeg de viering nog een Bergs tintje met Kurt Damveld. Hij is de vertaler van het lied ‘’Paus Johannes wil ons weiden”. Het bedevaartskoor zong dit lied tijdens de viering. Na de eucharistieviering vereerden we een reliek van de heilige paus Johannes XXIII.

We kregen volop de gelegenheid Sotto il Monte te bezoeken. In het pelgrimscentrum bekeken we een film die de band tussen Johannes XXIII en zijn geboorteplaats documenteerde. Sommigen van ons bezochten het geboortehuis en fotografeerden de steen uit Bergen op Zoom. Anderen volgden een rondleiding in de Residenza di Camaitino, een museum dat gerealiseerd is dankzij de privé-secretaris van Johannes XXIII, Loris Francesco Capovilla. Paus Johannes XXIII kocht het huis toen hij in de diplomatieke dienst van de Heilige Stoel werkte en hoopte er na zijn emeritaat te gaan wonen. Dat laatste is er nooit van gekomen. Het museum was eigenlijk gesloten maar door toedoen van bisschop Liesen kregen wij een rondleiding. Ook de auto van de paus, een Opel Kapitan uit 1950, was te bezichtigen. Ook zagen we zijn slaap- en studeerkamer. Deze zijn overgebracht uit Rome. In het museum waren verschillende geschenken die de paus kreeg tentoongesteld. Onder de vele foto’s die het pand sierden was er ook een foto van de Nederlandse kardinaal Van Rossum. Al met al een boeiend bezoek dat inzicht bood in de spiritualiteit van Johannes XXIII.

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Wim Goijaarts

Wim Goijaarts is vrijwilliger in de heilige Augustinusparochie in Breda-Noord, waar hij zingt in het koor. In de H. Augustinusparochie is hij lid van de contactgroep die de contacten onderhoudt tussen de pastorale beroepskrachten, de parochiekernen en de lector in de Lucaskerk in de Haagse Beemden.

Wim heeft altijd iets met kloosters gehad. Als kind wilde hij priester of onderwijzer worden. Hij ging naar het kleinseminarie Beekvliet in Sint Michielsgestel, maar dat bleek het niet te zijn. Toen ontdekte hij de Fraters van Tilburg. Hij kon daar broeder-onderwijzer worden. Alles viel op zijn plek. Na een jaar bij de broeders gewerkt te hebben, ontmoette hij Els, zijn echtgenote. De liefde voor haar was sterker dan broeder te willen worden en Wim werd toen onderwijzer. De belangstelling voor het kloosterleven is altijd gebleven. Wim: “Op mijn kastje op het seminarie stond de spreuk ‘’Ora et labora”,” vertelt Goijaarts. “Ik vond dat toen al een boeiend motto al verbond ik dat niet met Benedictus.”

“Ik stond aanvankelijk sceptisch tegenover de bedevaart,” bekent Wim eerlijk. “Ik was bang dat het al te ‘heilig’ zou worden. Dat is me 100% meegevallen. Er zijn wel eens dingen die me tegenstaan zoals het bidden in de bus. Daarbij voel ik me niet zo happy. Dat doe ik liever in een kerk of klooster. Ik ontmoet geweldige mensen. De priesters die de bedevaart begeleiden zijn allemaal aardige mannen. Ik zou ze zo in mijn parochie willen hebben. Ik geniet van de vieringen en de verkondiging. Ze doen het allemaal uit het hoofd. Ze hebben alles goed voorbereid. Dat waardeer ik zeer.”

“Het kloosterleven boeit me nog steeds. Het bezoeken van kloosters op de bedevaart draagt bij aan mijn geloofsleven. Ik heb altijd in het onderwijs gewerkt. In 1984 mocht ik een school starten in de Haagse Beemden. Ik kon zelf het team samenstellen. Het belangrijkste criterium vond ik dat de leerkrachten van kinderen moesten houden. Het was ook een katholieke school. Ik vond dat we dat samen moesten uitdragen. Met het team gingen we jaarlijks één dag naar een abdij. Dat was voor ons team belangrijk.

“Vandaag vierden we het feest van Lucas. Door hem kom je in contact met de mensen van het eerste uur. Zij ontvingen de boodschap van Jezus Christus uit de eerste hand. Dat spreekt mij bijzonder aan.”

Op de vraag naar de hoogtepunten van de bedevaart hoeft Wim niet lang na te denken. “Het programma spreekt over drie hoogtepunten: Subiaco, Montecassino en Sotto il Monte. Voor mij staan ze precies in de goede volgorde. Subiaco is toch de plaats waar Benedictus begonnen is.”

Op de vraag waarom Wim zich inzet voor de Kerk, antwoordt hij: “Kerkmensen zijn aardige mensen. Ik vind het hierbij belangrijk het evenwicht te bewaren, de balans tussen bidden en werken. Dat staat ook centraal in de benedictijnse spiritualiteit. De zorg voor anderen staat bij mij hoog in het vaandel. Als je het zelf goed hebt, moet je ook zorgen dat anderen gelukkig zijn. Het geloof zal zeker blijven al zullen vormen misschien anders zijn. Mensen zijn immers zinzoekers. Ik vind het wel jammer dat jongeren minder meekrijgen.”

“Zingen is voor mij in dit verband erg belangrijk. Zingen is dubbel bidden. Daarom zing ik bewust en met plezier mee in het bedevaartskoor.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 6: De martelaren centraal

Update 17 oktober

Na het bezoek aan Montecassino op woensdag 16 oktober 2019 begint voor de pelgrims van het bisdom Breda op donderdag 17 oktober 2019 de terugreis. Via een stop in Arezzo reisden de bedevaartgangers naar twee hotels in de omgeving van Bergamo.

We brachten de dag niet in ledigheid door. Bisschop Liesen verzorgde in een van de bussen een korte inleiding over de Psalmen. Elke dag bidden we een deel van het getijdengebed. De Psalmen vormen het hart van het gebed van de Kerk. In een brief aan paus Marcellinus formuleert Athanasius van Alexandrië (296-373) vier grondgedachten voor het lezen van de Psalmen:

  1. De Psalmen vormen de bijbel in miniatuur. Onder de Psalmen vind je lofzangen, hymnen en klaagzangen. Je ontmoet in de Psalmen alle belangrijke themata van de openbaring.
  2. In de Psalmen ontmoet je de neerslag van alle menselijke ervaringen: van vreugde tot wanhoop.
  3. De Psalmen kennen een lange geschiedenis. De oudste Psalm dateert uit het jaar 1000 voor Christus. Heel veel mensen hebben de Palmen gebeden. Wie de Psalmen bidt treedt binnen in een lange keten van gelovigen. Je bidt deze nooit alleen.
  4. De Psalmen vormen de spiegel van de christenheid. Het bidden van de Psalmen leidt tot zelfinzicht. Het brengt ons tot God en bevordert de liefde voor de schepping en de naaste.

“De meeste Psalmen zijn klaagpsalmen. Iedere klaagpsalm kent een keerpunt waar de klager ontdekt dat God hem of haar uit het nauw redt. Zo worden ze een uitdrukking van hoop en vertrouwen.”

Bisschop Liesen stond kort stil bij de klaagpsalmen: “De meeste Psalmen zijn klaagpsalmen. Iedere klaagpsalm kent een keerpunt waar de klager ontdekt dat God hem of haar uit het nauw redt. Zo worden ze een uitdrukking van hoop en vertrouwen. Op het kruis bidt Jezus de openingswoorden van Psalm 22: “God mijn God, waarom heb Je mij verlaten?” Deze woorden omvatten ook de dankbaarheid voor datgene wat God gedaan heeft en het vertrouwen op zijn uiteindelijke redding. Bisschop Liesen adviseerde ons de Psalmen te bidden. Geleidelijk krijg je smaak voor dit gebed.”

In het middagdeel bekeken we een film over paus Johannes XXIII. De film gaf een inkijk in de diep menselijke kant van deze paus. Het diende meteen als voorbereiding op het bezoek aan Sotto il Monte op vrijdag 18 oktober 2019. In deze plaats is Johannes XXIII in 1881 geboren.

Capella della Madonna del Conforto
We vierden de eucharistie in de dom van Arezzo. De kerk is grotendeels in de dertiende eeuw gebouwd. De eucharistie vond plaats in de Capella della Madonna del Conforto waar een Maria-icoon vereerd wordt. Deze kapel is in het begin van de negentiende eeuw opgetrokken na de wonderbare vondst van deze ikoon. Sindsdien is Arezzo gespaard gebleven voor aardbevingen. Het hoofdaltaar in deze kapel is naar het liturgisch oosten gericht zodat de celebranten en de gelovigen tijdens tijdens het eucharistisch gebed in één gebedsrichting baden.

Het offerkarakter van de Mis komt hierdoor duidelijk naar voren. De liturgische vieringen tijdens de bedevaart hebben een feestelijk karakter. Er is altijd een plechtige intochtprocessie. De celebrant bidt de teksten uit het altaarmissaal. Er wordt gewierookt en de bedevaartgangers beleven de liturgische houdingen ten volle. Het bedevaartkoor onder leiding van Jan Schuurmans verdient een compliment voor de goed verzorgde zang. Het koor zingt zowel Nederlandstalige liederen als gregoriaanse composities. In Arezzo zong het koor de Markusmis. Kortom, we genieten van de goed verzorgde liturgie.

Stabiliteit, gehoorzaamheid, armoede en kuisheid
Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering. Rector Norbert Schnell verzorgde de homilie. Hij stond stil bij vier kernwoorden in de Regel van Benedictus. Het gaat om stabiliteit, gehoorzaamheid, armoede en kuisheid. Voor Benedictus zijn dit hulpmiddelen om te leven voor Christus. Door de stabiliteit zijn we geworteld in God, in Jezus Christus. De gehoorzaamheid bestaat erin ons oor te neigen naar het Woord van God en te doen wat Hij ons ingeeft. Armoede kunnen we vertalen met soberheid. Wanneer we ondergedompeld zijn in luxe kunnen we afgestompt raken voor het Woord van God. Kuisheid kunnen we vertalen met zuiverheid in gedachten, spreken en ons handelen ten opzichte van andere mensen. Zo sterven we aan de wereld en worden we vrij voor Christus.

Ga terug naar de top van de pagina

Ga terug naar de top van de pagina

Pelgrim aan het woord

Interview met Else-Marike Visser

Else-Marike Visser woont in Mijnsheerenland. Ze is docente pedagogiek op de PABO Thomas Moore in Rotterdam. Zij kon zich vooraf geen voorstelling maken van een bedevaart. “Ik ben nooit op bedevaart geweest,” zegt ze. “Ik had veel belangstelling voor de steden en plaatsen maar zoals het nu gaat had ik me niet kunnen indenken.”

“Mijn geloofsleven wordt tijdens de bedevaart intenser,” vindt ze. “Het wordt voor mij duidelijk dat ik op de goede weg ben. Je voelt je onderdeel van een gemeenschap. Je ervaart dat overal ter wereld katholieken wonen en er een geloofsgemeenschap is.” Ze licht haar antwoord toe. “Ik ben officieel nog geen katholiek. Ik ben op weg naar het Doopsel en hoop met Pasen gedoopt en gevormd te worden en tegelijkertijd mijn Eerste Communie te ontvangen.” Voor Else-Marike is dit de uitkomst van een lange zoektocht. “Deze begon vijf jaar geleden met een bezoek aan de Onze Lieve Vrouweabdij in Oosterhout. Daar werd ik geraakt, geroepen. Eigenlijk kan ik deze ervaring niet goed onder woorden brengen. Wel ben ik op zoek gegaan naar een kerkgemeenschap en uiteindelijk ben ik uitgekomen bij de katholieke Kerk. Twee jaar geleden nam ik het besluit me te laten dopen. Het was toen nog moeilijk een gemeenschap te vinden waarbinnen ik me thuisvoelde. Nu gaat het ervan komen. Pastoor Geurts van Oud-Beijerland bereidt mij voor op het Doopsel. De benedictinessen hebben mij helemaal vrij gelaten. Wel spoorden ze me aan een keuze te maken. In het gastenverblijf van deze abdij lag een folder. Zo hoorde ik van de bedevaart. Ik heb me op de laatste dag ingeschreven.”

“Tijdens deze bedevaart ben ik het meest geraakt door de eucharistieviering in de crypte van Montecassino en de preek van bisschop Liesen tijdens deze viering. Met name dat de benedictijnse stabiliteit betekent dat je geworteld bent in Jezus Christus sprak me erg aan. Verder ben ik geraakt door de benedictijnse opvatting over gehoorzaamheid. Die zegt dat je je hart moet volgen en je daarin gekend bent. Als je dat doet mag je erop vertrouwen dat het goed komt.”

“Vandaag stonden Benedictus en Ignatius centraal. Benedictus zegt dat je je oor moet neigen naar een ander. Barmhartigheid en zorg voor elkaar zijn belangrijke waarden in een samenleving waar de neiging bestaat elkaar voorbij te rennen. Deze zorg kan plaatsvinden binnen het kader van een parochie maar ook in het dagelijks leven door aandacht te schenken aan je buurvrouw.”

Else-Marike is hoopvol over de toekomst van de Kerk. “De katholieke Kerk vormt een wereldwijde gemeenschap. Ook niet-gelovigen zien de waarde hiervan in. In deze tijd zijn veel mensen onzeker. Ze zijn jaloers op ons gelovig vertrouwen dat het goed komt. Veel mensen leven met mij mee op weg naar het Doopsel. Ook vrienden die zelf niet-gelovig zijn. Zij geven aan dat ze er graag bij willen zijn omdat het voor mij zoveel betekent. Ik hoop dat ook zij geraakt worden.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 5: Het hart van de bedevaart

Update: 16 oktober

Donderdag 16 oktober vormde ‘het hart van de bedevaart’. Op deze dag reisden we naar de abdij van Montecassino in Midden-Italië. Benedictus heeft deze abdij in 529 gesticht. Hier schreef hij zijn regel en stierf hij in 547, ondersteund door twee broeders. Een beeld in de kloosterhof herinnert ons hieraan. In deze abdij liggen Benedictus en zijn zus Scholastica begraven.

We vertrokken rond 7.00 uur uit ons hotel. De buschauffeurs brachten ons veilig bij de abdij die boven de stad Cassino uittorent. Aangekomen op de parkeerplaats wachtte ons een flinke klim naar de ingang van de abdij en de kerk. De abdij van Montecassino is op 15 februari 1944 verwoest bij gevechten tussen de Geallieerden enerzijds en de Duitsers en Italianen anderzijds. Aan de zijde van de Geallieerden vochten ook Polen mee. Een Pools kerkhof dicht bij de abdij herinnert ons aan deze veldslag. Een van onze deelneemsters vertelde dat een Pools lied gaat over de papavers bij Montecassino. Deze zijn ‘roder’ dan andere papavers omdat bij Montecassino zoveel Pools bloed vergoten is.

Vlak voor de eucharistieviering genoten we van de wederom prachtige uitzichten vanaf de abdij. We vierden de eucharistie in de crypte van de kerk, het enige deel van de abdij dat niet door oorlogsgeweld verwoest is. Op deze manier waren we dicht bij het graf van de heiligen Benedictus en Scholastica. De onderkerk bezit een herkenbare iconografie in de stijl van de Beuroner Kunstschule. De monnik Desiderius Lenz werkte tussen 1910 en 1913 aan de mozaïeken.

Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering en verzorgde de homilie. We gebruikten het misformulier van de heilige Benedictus. Het bedevaartskoor onder leiding van Jan Schuurmans zong de vaste gezangen van Mis VIII zodat het gregoriaans in deze kapel ten gehore werd gebracht. Tijdens de offerande zong het koor de sequentie Laeta Dies, die in de liturgie van de benedictijnen bij gelegenheid van het feest van Benedictus op 11 juli weerklinkt. Nelly de Meijer, een van onze medepelgrims, zong de verzen van de antwoordpsalm. Ze deed dit prachtig.

“Ons einddoel is de hemel”
Bisschop Liesen stond in zijn homilie stil bij de persoon van Benedictus. “Ons einddoel is de hemel. We verlangen naar de intimiteit met God, zonder grens. Daar doen we het voor. De weg naar de hemel is niet altijd duidelijk. Om deze weg te gaan heb je leermeesters nodig. De heilige Benedictus is zo’n leermeester. Benedictus schreef een nuttige en praktische regel. Als je naar deze regel leeft, kun je het doel dat God met jou persoonlijk heeft bereiken.”

De bisschop stond in het bijzonder stil bij de beginwoorden van de regel. Deze luiden: “Luister mijn zoon, naar de richtlijnen van uw meester en neig het oor van uw hart: Aanvaard gewillig de vermaningen van uw liefdevolle vader en breng ze metterdaad ten uitvoer, om zo door de inspanning van uw gehoorzaamheid weer tot Hem terug te keren van wie u zich door de slapheid van uw ongehoorzaamheid hebt verwijderd.”

In deze beginregels vraagt Benedictus geen slaafse gehoorzaamheid, maar roept op te luisteren naar je hart. Ook al ken je het doel, dan is het goed te weten waar je staat. Dat beluister je in je hart. Je ontdekt dan ook wat er oneffen is, waar de illusies zitten. De bisschop wees erop dat deze eerste zin ontleend is aan de Schrift, het boek der Spreuken. De Schrift is als het ware een raam waardoor je zicht krijgt op het hart van God. Je leest hoezeer God ons liefheeft. In Subiaco heeft Benedictus gedurende drie jaar de Schrift overwogen. Zo heeft hij, voor hij aan een geordende manier van leven begon, zicht gekregen op het hart van God.

Om deze weg te gaan moeten wij ons omkeren om door inspanning van de gehoorzaamheid weer terug te keren naar Hem van wie wij ons door de slapheid van de ongehoorzaamheid hebben verwijderd. Onze slapheid is onze grootste vijand. De bisschop herinnerde ons eraan dat onze grootste zonden niet liggen in wat wij verkeerd doen maar in dat wat wij nalaten. Benedictus roept ons op tot strijd tegen gemakzucht en slapheid. Dit vraagt van ons waakzaamheid en alertheid.

Na de eucharistieviering volgde een rustige dag. We lunchten in Cassino en keerden vroeg terug naar ons hotel. Morgen wacht er immers een lange reisdag.

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 5: Een paar foto’s

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Irene van Veggel

Irene van Veggel komt uit Bergen op Zoom en is van Poolse komaf. Ze was met een Nederlander getrouwd. Ze is nu twaalf jaar weduwe. Bij grote activiteiten in de Lievevrouweparochie van Bergen op Zoom bakt ze gebakjes.
Het is voor Irene de tweede bedevaart met het bisdom Breda. Ze is ook mee naar Polen geweest. Ze verwacht door de bedevaart te groeien in innerlijke vrijheid. Ze voelt dit elke dag meer en meer.

“Mijn geloof is ontzettend belangrijk voor mij,” vertelt ze. “Ik leef voor God en God leeft voor mij.” Volgens Irene beseffen mensen dat niet altijd. “Ik geniet op deze bedevaart van alle prachtige dingen die met God te maken hebben zoals kerken en kathedralen. Bij dit alles staat voor mij de eucharistie op de eerste plaats. Ik ben God dankbaar dat we zulke goede priesters en een fantastische bisschop hebben. Wat doen zij hun best om de mensen blij en gelukkig te maken.”

“Waardoor ben ik het meest geraakt? Bij de Zwarte Madonna in Einsiedeln was een eucharistieviering. Op een gegeven moment zongen ze het Barkalied. Dat is het lied waarin Jezus ons uitnodigt met Hem mee te varen. Het Barkalied zongen we veel op onze bedevaart naar Polen. Het was het lievelingslied van de heilige paus Johannes Paulus II. Het maakte een grote indruk op mij, te meer omdat het gezongen werd op de sterfdag van mijn man. Ik was diep geraakt en de tranen kwamen in mijn ogen.”

“In alle kerken waar we kwamen was een goed verzorgde eucharistieviering. De priesters deden hun best. Ik word er verdrietig van dat weinig mensen nog naar de kerk gaan,” bekent ze. “Veel mensen zijn alleen nog op papier gelovig.” Graag zou ze zien dat mensen meer bewust katholiek zouden leven. “Ik lijd eronder dat wij in luxe leven terwijl er elders honger, oorlog en armoede is. Ik bid ervoor dat de mensen ontdekken dat het niet gaat om rijkdom en geld. Het geloof geeft echt kracht.”

De basis voor haar sterke geloof ligt in Polen. “We woonden acht kilometer van de kerk en iedere zondag liepen we acht kilometer heen en acht kilometer terug. Op een gegeven moment waren we op zondag niet in de kerk. De zondag daarop vroeg de priester waarom we er niet waren. We klaagden over de grote afstand. De priester zei toen: “Iedere kilometer die je loopt is een trede op weg naar de hemel. Dit heeft op mij grote indruk gemaakt.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Nelly de Meijer

Nelly de Meijer komt uit Raamsdonk. Daar is ze actief in de parochie. Ze dirigeert het kerkkoor, is voorzitter van de restauratiecommissie van de heilige Bavokerk en vrijwillige voorganger.

“Mijn man is vorig jaar overleden,” vertelt ze. “Iemand attendeerde mij op deze bedevaart. Ik had volop vragen. Ben ik hier wel aan toe?” vroeg ik mezelf af. “Toch besloot ik mee te gaan. Ik hoop op deze bedevaart mezelf terug te vinden en weer vertrouwen te krijgen in God. Als je alleen bent, voel je jezelf wel eens verlaten. Je denkt dat je de enige bent die verdriet heeft. Op bedevaart ontdek je dat iedereen wel een kruis draagt, al zie je dat aan de buitenkant niet. Er zijn zoveel mensen met leed. Ik wist eigenlijk niet goed wat ik moest verwachten. Is zo’n bedevaart niet saai? Integendeel. Alle mensen zijn met hetzelfde doel op weg. Ze willen dichter bij God komen en dichter bij elkaar.”

“De bedevaart draagt zeker bij aan mijn geloof. Je ervaart de saamhorigheid met elkaar. De vieringen zijn heel bijzonder. Het is voor mij de eerste vakantie alleen. Tot nu toe gaat het goed al moet ik ook wel eens slikken. Maar dat mag ook. Tijdens de ziekte van mijn man ben ik wel actief blijven zingen en betrokken gebleven bij de Kerk. Dat heeft me goed gedaan, vooral dat zingen. Nu ben ik lid van het bedevaartskoor en dat vind ik fijn.”

“Ik vond het bezoek aan de Zwarte Madonna in Einsiedeln schitterend maar Subiaco heeft mij bijzonder geraakt. Dit is eeuwen geleden ontstaan door iemand die zich drie jaar in een grot afzonderde. Ik vraag me af of ik dit ook zou kunnen doen.” “Wat mij in Einsiedeln trof is dat zoveel mensen met het geloof bezig zijn,” vervolgt Nelly. “Ik ben met mijn man in Lourdes geweest. Daar hadden we dezelfde ervaring. Het lijkt in Nederland dat het geloof verbrokkelt. Je durft er op een verjaardag bijna niet meer over te praten. Als je met zo’n reis meegaat, merk je dat je niet alleen staat. Dit roept bij mij herinneringen op aan vroeger. Ik was toen actief in het jongerenpastoraat. We bezochten dan jongerendagen van de KRO. Je merkte dan dat je deel uitmaakte van een groter geheel. Dat is ook zo met de Wereldjongerendagen. Het is bemoedigend dat daar wereldwijd zoveel jongeren aan deelnemen. Ook onder jongeren gaat het geloof verder, misschien niet in die vorm die wij gekend hebben, maar toch. Je ziet dat er veel leeft onder mensen ondanks negatieve berichten in kranten.”

Nelly is overtuigd van het belang van Benedictus. “Zijn lijfspreuk luidde: Bid en werk. Je moet werken. Het is in mijn geloof heel belangrijk dat je je inzet voor de ander.”

Nelly zet zich vol overtuiging in voor de Kerk. “Het is heel belangrijk dat mensen elkaar ontmoeten in het geloof en elkaar steunen, troost geven en troost vinden. Toen mijn man pas gestorven was, vroeg ik me af waar God was. Het was belangrijk dat ik toen gedragen werd door mensen. Dat geldt ook voor plezierige momenten. Je moet ook leren dankbaar te zijn. Dat vergeten we wel eens. Je moet niet alleen kijken naar wat je verloren hebt maar ook naar datgene wat er nog is.”

Nelly is hoopvol gestemd voor de toekomst van de Kerk. “Er zijn veel dingen in de wereld waar we aandacht voor moeten hebben. Mensen vragen erom. In deze tijd misschien wel meer dan vroeger. Kijk maar eens het machtsmisbruik in Turkije en Amerika, de haat in de wereld. Dat kan niet goed blijven gaan. De uiteindelijke hulp moet van boven komen. We kunnen het niet alleen.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 4: Dag van twee heiligen

Op 15 oktober viert de Kerk de gedachtenis van de heilige Teresia van Avila (1515-1582). Paus Paulus VI riep deze grote mystica in 1970 uit tot kerklerares. De heilige Theresia van Avila was de eerste vrouw die deze titel kreeg. Ze behoort niet tot de benedictijnse kloosterfamilie maar tot de karmelitaanse. Tijdens de eucharistieviering werd haar gedachtenis gevierd. In de namiddag bezochten we Subiaco, de plaats waar Benedictus zijn eerste kloosters stichtte.

We vierden de eucharistie in de kerk van Maria Koningin van de Vrede aan de rand van het centrum van Fiuggi. De kerk was in 1922 voltooid en in dat jaar toegewijd aan Maria, Koningin van de Vrede (Regina Pacis), een betekenisvolle patrones in de jaren kort na de Eerste Wereldoorlog. Het is een kapucijnerkerk. In de jaren 1966 tot 1988 verfraaide de kapucijn en kunstenaar Ugolino da Belluno de kerk met mozaïeken, glas-in-loodramen en tekeningen met een interessante iconografie.

Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering. Vicaris Paul Verbeek legde in de homilie een band tussen Teresia van Avila en Benedictus. De lijfspreuk van de heilige Teresia luidt: “Nada te turbe, Dios basta” (“Laat niets je verontrusten, God is genoeg”). Wanneer je met God durft te leven wordt het leven vruchtbaar en hoef je nergens meer bang voor te zijn. Voor Teresia vormde haar godsvertrouwen de basis voor het vernieuwen van de karmel.

“Als je vanuit een diepe liefde voor God werkt, ben je op de goede weg en dragen je activiteiten vrucht. Voor God doen we er allemaal toe.”

Ook Benedictus ontdekte dat. Als God je metgezel is, hoef je geen angst te hebben. We kennen soms angsten die de positieve levensenergie wegzuigen en ons zicht op God verduisteren. Vicaris Verbeek wenste ons toe dat we tijdens de bedevaart mogen ervaren dat we allemaal een unieke band met God hebben en vrij van angst mogen zijn: “Als je vanuit een diepe liefde voor God werkt, ben je op de goede weg en dragen je activiteiten vrucht. Voor God doen we er allemaal toe.”

Deze preek vormde een opmaat voor ons bezoek aan de Sacro Speco (de heilige Grot) en het klooster van de heilige Scholastica in Subiaco. We gingen er niet heen voordat we genoten van een rustige ochtend. Overal zag je pelgrims op terrasjes. Ze genoten van een lekkere kop koffie en een goed gesprek. Anderen zochten een bank om de geslonken geldvoorraad wat aan te vullen.

Na een warme lunch waar de eigenaar van het hotel, Mauro, ons toesprak, vertrokken we naar Subiaco. Ondanks de regen onderweg genoten we van het mooie landschap. Na een busrit van ongeveer een uur kwamen we op onze bestemming aan. Beide kloosters maakten op ons een grote indruk.

Het klooster van de heilige Scholastica is door Benedictus zelf gesticht. Hoewel de naam anders doet vermoeden is het nooit bewoond door monialen, Scholastica, de zus van Benedictus, is hier zelfs nooit geweest. Vanaf het begin tot de dag van vandaag leven er monniken volgens de regel van de heilige Benedictus. Het is de oudste benedictijnerabdij ter wereld. Een deskundige Engelstalige gids lichtte de geschiedenis van de kloostergemeenschap en de gebouwen toe. Het is interessant dat er in de architectuur internationale invloeden merkbaar zijn. Niet voor niets is Benedictus de patroon van Europa. Momenteel telt de gemeenschap 18 leden. Twaalf leven er in de abdij zelf. De zes anderen hebben de zorg voor de Heilige Grot en wonen daar.

De Heilige Grot vormt misschien wel het absolute hoogtepunt van deze dag. Het was een hele klim om er te komen en de snelle wandelaars in de groep moesten hun tempo aanpassen om iedereen de kans te geven de groep te volgen. Op deze plek is Benedictus in de zesde eeuw begonnen. Voor hij zijn kloosters stichtte leefde hij drie jaar in deze afgelegen grot als kluizenaar. In deze omgeving zijn verschillende kerken gebouwd die vanaf de dertiende tot en met de vijftiende eeuw zijn gedecoreerd met schitterende fresco’s met afbeeldingen uit de heilige Schrift en het leven van Benedictus. De grot zelf is zeer eenvoudig. Onder de indruk van de pracht van deze kloosters keerden we voldaan naar ons hotel terug.

Ga terug naar de top van de pagina

Ga terug naar de top van de pagina

Pelgrim aan het woord

Interview met Marianne en Paul Heemskerk

Paul en Marianne Heemskerk komen niet uit het bisdom Breda. Ze wonen sinds kort in de Gelderse plaats Westervoort en zoeken daar nog hun weg in het kerkelijk leven. Ze woonden lang in Lisse waar beiden actief waren in de plaatselijke parochie. Paul was koster en leverde hand- en spandiensten. Marianne had veel andere taken. “Te veel om op te noemen,” legt ze uit. “Ik was betrokken bij de Eerste Communievoorbereiding, werkte mee aan het parochieblad en notuleerde de vergaderingen van het pastoraal team.” Bij hun vertrek uit Lisse ontving ze een parochiële onderscheiding. “De Randstad benauwde ons. Daarom zijn we verhuisd,” vult Paul aan.

“We zijn allebei geboeid door het kloosterleven,” vertelt Paul. “Het benedictijns leven spreekt ons erg aan. Dat komt ook door de boeken van Wil Derkse. We bezochten eens de Achelse Kluis waar trappisten leefden. We werden allebei geraakt door de vreugde van de broeders. We hebben ook wel andere abdijen bezocht zoals de benedictijnerabdij in Egmond en de abdij van Vaals.” Marianne wist dat ze een neef in een abdij had. “Dat is het mooie van internet,” zegt ze. “Ik ging googelen en vond zijn naam, broeder Henry Vesseur, de huidige abt van de H. Willibrordusabdij in Doetinchem, beter bekend als de Slangenburg. We legden contact en dat is blijven bestaan.” Sinds enkele maanden is Marianne oblaat van de Slangenburg. “Toen ik met de oblatenvorming begon, hoorde ik tijdens het geloofsgesprek van Leo Fijen met vicaris Verbeek over de bedevaart van het bisdom Breda naar Subiaco en Montecassino. Ik liet het geloofsgesprek ook aan mijn echtgenoot Paul zien en we besloten mee te gaan, vooral omdat de bedevaart ook open stond voor mensen van buiten het bisdom Breda.”

Marianne en Paul verwachten dat Subiaco voor hen het hoogtepunt zal zijn. “Daar is Benedictus begonnen. Daar heeft hij zich teruggetrokken en zijn de eerste monniken naar hem toegekomen. Benedictus kende daar ook zijn worstelingen. Voor mij ligt hier de kern van het benedictijnse leven,” zegt Marianne. Paul was ook geraakt door Einsiedeln. “Daar zie je dat uit de combinatie van bidden en werken iets heel moois voortkomt.”

Beiden vinden het fijn dat we in de bus het getijdengebed bidden. “Dat we de plaatsen waar Benedictus heeft geleefd echt gaan zien, betekent voor ons een verdieping van het geloof. Daarbij is het fijn om met anderen over het geloof te praten. Dat gebeurt bijna nergens. Je zit met de mensen die op bedevaart zijn op een lijn. Dan is het ook leuk om ervaringen uit te wisselen.” “We waren dit jaar ook op Celebrate, een ontmoeting van de Katholieke Charismatische Vernieuwing. Daar heb ik gebiecht. Ik vond het bijzonder om de priester bij wie ik gebiecht heb, hier te ontmoeten,” vertelt Paul.

“De Regel van Benedictus is heel rijk,” vinden Paul en Marianne. “We denken dan aan de nadruk op regelmaat en eenvoud. De benedictijnen vieren op een eerbiedige manier de eucharistie. Als je dit als parochie beleeft ben je al heel ver.” “We zijn actief in de Kerk omdat we zoveel van God krijgen en dat wil delen. We hopen dat we dit in onze nieuwe parochie ook mogen doen. Als je enthousiast bent, wil je dit met anderen delen,” zeggen beiden eenstemmig.

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 3: Een dag in de bus.. en een bijzondere verrassing

Update: 15 oktober

Het was een echte busdag vandaag. Om zeven uur hadden we ons ontbijt genuttigd en stonden we met onze koffers in de hal van het hotel in Bergamo. De chauffeur laadde de bus in en we vertrokken voor een lange reis naar Fiuggi in de buurt van Rome. Een reis van wel 650 kilometer.

Misschien vraagt u zich af wat je tijdens zo’n lange rit doet. Na ongeveer een uur rijden baden we het ochtendgebed. Rector Schnell ging voor in gebed. Overdag zorgt Hanneke Oomen samen met enkele vrijwilligers dat er koffie of iets anders geschonken wordt. We lezen een boek, sommigen slapen wat bij of genieten van het landschap dat voorbij trekt. Vandaag waren dat de Povlakte en het Apennijnengebergte. Soms ligt er een versterkte middeleeuwse stad op een heuvel. Dat herinnert ons aan de tijd dat Italië bestond uit elkaar bevechtende stadsstaatjes zoals we dat kennen uit het leven van Franciscus van Assisi. Mensen gaan met elkaar in gesprek over datgene wat hen bezig houdt of wat ze meegemaakt hebben. Hoe verder de reis vordert, hoe dieper de gesprekken. In de namiddag las vicaris Paul Verbeek samen met diaken Egbert Bornhijm een korte overweging over de heilige Benedictus voor. Rond 19.00 uur kwamen we aan bij onze hotels in Fiuggi en genoten we van het diner.

In de ochtend maakten we een uitgebreide stop in de Italiaanse kunststad Mantua. Mantua is prachtig gelegen tussen verschillende meren. We wandelden van de parkeerplaats aan het meer naar het Piazza Sordello waar zowel het hertogelijk en het bisschoppelijk paleis als de kathedraal liggen. De kathedraal is toegewijd aan de heilige Petrus. Daar vierden we de eucharistie. Voordat de Mis begon genoten we van de Korinthische zuilen en het mooie kasettenplafond. In de kathedraal ontmoetten we een oude bekende: Noortje van Seters. Noortje werkte een tijdje geleden op het secretariaat van het bisdom Breda. Nu studeert ze in Rome en is ze verbonden aan het Centrum Aletti. Dat is een centrum voor christelijke kunst onder leiding van pater Rupnik sj. Toen ze hoorde dat we naar Mantua kwamen is ze naar Mantua gereisd waar ze verschillende vrienden heeft. Het was een hartelijk weerzien.

 

Bisschop Liesen was de hoofdcelebrant in de viering. Bisschop Liesen stond stil bij het geloofsgeheim dat Jezus geleidelijk openbaarde wie Hij was. Hij is de Zoon van God die uit liefde in de wereld is gekomen omdat wij gewond zijn. De mens is gewond in zijn hart. Rond die wond is een dikke korst gegroeid. Soms bouwen we een muur rond ons hart. Jezus wil die korst verwijderen en die muur afbreken. Hij kijkt naar het hart en wil ons hart bereiken.

Na de Mis wachtte een deel van de groep een onverwacht hoogtepunt. De koster van de kathedraal nodigde spontaan bisschop Liesen en de groep uit om met hem een bezoek te brengen aan de basilica Sant’ Andrea aan de Piazza Mantegna. Deze kerk is de co-kathedraal van het bisdom Mantua. In de crypte van deze monumentale basiliek uit de Renaissance wordt een kostbare reliek van het Heilig Bloed bewaard. In het Evangelie van Johannes lezen we dat een Romeinse soldaat de zijde van Jezus Christus met een lans doorstak en dat er water en bloed uit vloeide. In de overlevering kreeg deze soldaat een naam: Longinus. Longinus bekeerde zich nadat hij door aanraking met het bloed van Jezus genezen was. Enkele jaren na de dood en verrijzenis van Jezus verzamelde hij de aarde waarop het bloed van Jezus gevallen was en nam dit mee naar Mantua. Daar stierf hij de marteldood. Longinus werd begraven op de plaats waar nu de basiliek Sant’ Andrea staat, samen met een schrijn waar zich resten van het Heilig Bloed bevonden. In de negende eeuw verscheen in een visioen de heilige Andreas aan een blinde broeder, Adelbertus genaamd. Andreas wees hem de plek waar de schrijn van het Heilig Bloed bevond. De broeder genas terstond. Hij wees zijn medeburgers de plaats aan en men ging graven. Men vond de schrijn. De bloedreliek wordt enkel op 13 maart en Goede Vrijdag getoond. Men kan de schrijn enkel met twaalf sleutels openen. Op Goede Vrijdag komen drie notarissen, drie burgemeesters, drie prefecten en drie bisschoppen naar Mantua. Ze bezitten allemaal een sleutel. Samen openen ze de schrijn. De reliek trekt dan in een processie door de stad. Voor de aanwezige deelnemers was het een bijzondere ervaring. We naderden de schrijn en baden een kort moment in stilte. Een onverwacht hoogtepunt op deze busdag.

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Elma Bastianen-Luykx

Elma Bastianen-Luykx is vrijwilligster in de Lievevrouweparochie van Bergen op Zoom en bestuurslid van het Beauraing-comité van het bisdom Breda. “Ik ben meegegaan omdat ik meer bekend wil raken met de heilige Benedictus,” vertelt zij. “Ik hoop dat Benedictus voor mij meer gaat leven en dat ik in mijn eigen leven het evenwicht tussen rust, bezinning en werk meer mag vinden. Met andere woorden: ik hoop de monnik in mij zelf te ontdekken. In mijn gewone leven zitten mijn dagen vol. De zondagsvieringen zijn voor mij echt bezinningsmomenten en de wekelijkse eucharistieviering een rustpunt.”

“In Eibingen werd ik bijzonder en geraakt door het evangelie over de Zaligsprekingen. Vorig jaar ben ik naar Israël geweest. Sindsdien leeft het Evangelie meer dan vroege. Zo hebben we op de berg van de zaligsprekingen in de open lucht de eucharistie gevierd. Je ziet dan Jezus Christus met zijn leerlingen zitten en hen toespreken. Dat heb ik ook bij de consecratie in de Mis. Je voelt je dan in de bovenzaal in Jeruzalem. Hetzelfde bij het Onze Vader. Ik heb ook de plaats bezocht waar Jezus het Onze Vader aan zijn leerlingen geleerd heeft. Daar staat nu een kerk met het Onze Vader in bijna alle talen, waaronder ook het Nederlands.”

“Hildegard is een kerklerares. Zelf probeer ik in mijn vrijwilligerswerk mijn geloof uit te dragen: in kindercatechese, Eerste Communiecatechese en Vormselcatechese. Ik hoop dat dit heeft bijgedragen aan de geloofsontwikkeling van de kinderen. Nu ben ik nog betrokken bij de contacten tussen school en parochie. Hierin zie ik enige gelijkenis met Hildegardis.”

“Ik zet me in voor de Kerk omdat de Kerk mij kracht geeft en raakt. Je zou graag willen dat andere mensen dit ook zo ervaren. Ik hoop dat wat voor mij waardevol is dat ook voor anderen mag zijn.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Pelgrim aan het woord

Interview met Joost Schilperoort

“Ik verwacht en hoop op verdieping van mijn geloof.” Dat zegt Joost Schilperoort uit Bergen op Zoom. “Samen met anderen op weg gaan maakt dat je je niet alleen voelt. Het steunt je. Ook de verscheidenheid aan personen maakt Gods wijngaard zo aantrekkelijk om er doorheen te wandelen, in gesprek te gaan, te vieren. Jammer vind ik het wel dat in tegenstelling tot de bedevaart naar Polen er deze keer weinig jongeren meegaan. Mogelijk dat H. Benedictus ze niet veel zegt.”

“Juist een bedevaart is een moment om je enkele dagen uit het drukke leven van alledag terug te trekken,” vertelt Joost. “Een bedevaart helpt om je te bezinnen op je eigen band met de Heer, samen met geloofsgenoten.”

“Op de eerste dag van de bedevaart ben ik geraakt door de gemoedelijkheid waarin de groep aan de reis begonnen is. Halverwege de rit merk je dat er nieuwe banden tussen reisgenoten ontstaan. Daarnaast maakte het bezoek aan de abdij van Hildegard grote indruk vanwege haar eenvoudige schoonheid. Het Christusbeeld boven het priesterkoor is erg indrukwekkend. Het lijkt alsof Christus je recht aankijkt en als het ware recht voor je staat. Ik vond ook de preek van de bisschop over de zaligsprekingen bijzonder inspirerend.”

“Met name de benedictijnse leefregel is naar mijn mening erg belangrijk,” vertelt Joost, al nadenkend over spiritualiteit . “Ora et labora, bid en werk. Laten we deze twee echt eens samen beleven en op die manier de Heer dienen in de samenleving, de liefde van de Heer laten zien, proeven, ruiken.”

“Sinds ik als buitengewoon bedienaar van de Heilige Communie en misdienaar in de kerk van Bergen op Zoom actief ben geworden, is het een ware thuiskomst geworden. Door Jezus is het Het kruis van het leven voor ons draagbaar geworden. De Heer is altijd nabij als je Hem nodig hebt. Maar zeker ook als je denkt dat je wel even zonder Hem kunt. Het is voor mij daarom vanzelfsprekend in de Kerk actief te zijn. De Kerk zijn we allemaal. Iedereen is nodig om de liefde van de Heer aan de wereld te laten zien.”

Joost is hoopvol door de lichte toename van het aantal jongeren in de Kerk. “Ik ben recent met 43 jongeren op bedevaart naar Medjugorje geweest. Wat een devotie bij deze jongen mensen! Fantastisch om te zien en te beleven met 50.000 andere gelovigen. Medjugorje is echt een genadeplaats. Ik kan en mag alleen maar hopen dat velen deze plaats naast alle andere bedevaartplaatsen in de toekomst mogen ontdekken.”

Ga terug naar de top van de pagina

 

Dag 2: Van ‘huis van gelovigen’ naar ‘feestzaal van het geloof’

Update: 14 oktober

De grondtoon van de tweede dag werd gevormd door dankbaarheid. We zijn dankbaar voor het mooie weer, de goede onderlinge sfeer en de vieringen waarvan we vandaag mochten genieten. Het begon met de gastvrije ontvangst door de Petrus en Paulusparochie in Weil am Rhein. We arriveerden in de ochtend bij een moderne kerk, gebouwd in 1988. We bewonderden de mooie glas-in-loodramen van prof. Ernst Wachter waarop episodes uit het leven van de apostelen Petrus en Paulus afgebeeld waren.

Barmhartigheid van God
We zaten rond het priesterkoor waar bisschop Liesen de H. Mis celebreerde. Rector Norbert Schnell verzorgde de homilie. Het bedevaartskoor zong de Mis van de heilige Geest van Frans Bullens, een diocesane bijdrage aan de kerkmuziek. We werden getroffen door het feestelijke gloria van deze Mis. In de homilie stond rector Schnell stil bij de barmhartigheid van God. Rector Schnell: “Voor veel mensen, met name ouderen, is God een strenge rechter. Jezus Christus verkondigt een barmhartige en lankmoedige God. Tijdens zijn aardse leven is de Heer arts en leraar. Hij geneest zieken maar leert tegelijkertijd de leerlingen naar Gods wil te leven. Hij verkondigt het Woord. Als mens zijn we gedoemd te sterven. Jezus is mens geworden opdat wij de volheid van het goddelijk leven ontvangen. Dat reikt Hij ons aan in het sacrament van het Doopsel. Daarom is dankbaarheid de grondtoon van het christelijk leven. Eucharistie is dankzegging.”

“Tegelijkertijd ontmoeten we in de eucharistie Jezus als geneesheer. Hij raakt onze wonden aan. Soms moet je ver van huis gaan om dit aspect van genezing te ontvangen. Heel onze bedevaart is daarom dankzegging. We mogen geloven dat wat we als kruis meedragen niet alleen dragen.” De misintenties van de bedevaart sloten hierop aan. Bedevaartsgangers baden voor zieke familieleden, voor gestorvenen en voor de bekering van vrienden die niet in God geloven.

Na de viering vervolgden we met een kleine omweg door Frankrijk onze tocht door Zwitserland. De schoonheid van dit land spreekt voor zich. We genoten van het prachtige landschap. Met name het meer van Zurich en het Vierwoudstrekenmeer bij Luzern waren een lust voor het oog. Geleidelijk aan doemden de eerste bergen op, een teken dat we de tweede statie van onze bedevaart naderden, Einsiedeln.

Einsiedeln is het belangrijkste Maria-bedevaartsoord van Zwitserland. In de negende eeuw bouwde de heilige Meinrad op deze plaats een kluis. Hij ontving een zwart Mariabeeld dat hij vereerde. In 861 vermoordde een groep rovers hem. Er vestigden zich meer hermieten en uit deze groep kluizenaars groeide in de tiende eeuw een abdij. In de loop der eeuwen verrees er een groot abdijcomplex met een bedevaartskerk, klooster- en schoolgebouwen. De benedictijnen van Einsiedeln leiden een gymnasium.

Van oudsher trekt de Zwarte Madonna veel pelgrims. Dat was ook op zondag 13 oktober het geval. We waren echt niet de enigen! Zo kwam er ook een groep Spaanse pelgrims en tegelijkertijd arriveerden ook bedevaartgangers van de Sint Petrusbroederschap. In de abdijkerk vierden zij de heilige mis volgens de Tridentijnse ritus. Omdat er doorlopend eucharistievieringen zijn konden we de kerk niet bezichtigen. Op zich is dat niet: je merkt hierdoor dat in Einsiedeln het katholieke leven zich ten volle ontplooit. De huidige kerk dateert uit de achttiende eeuw en vormt een hoogtepunt van de barok. We werden overweldigd door de pracht van het gebouw dat eigenlijk een ‘feestzaal van het geloof’ is. Voor in de kerk bevindt zich de kapel van de Zwarte Madonna. Op zo’n plaats voel je aan den lijve dat je deel uitmaakt van de ongebroken Kerk van de eeuwen, vanaf Jezus Christus tot nu toe.

In processie trokken we met de bedevaartskaars van het bisdom Breda naar het kloostercomplex. In de stemmige crypten baden we de rozenkrans voor de intenties van de groep, het bisdom en de bisschop. Na deze korte viering, geleid door vicaris Paul Verbeek, boden we onze bedevaartskaars aan Maria aan als teken van ons gebed. Hij brandt verder in de kapel van de Zwarte Madonna.

We waren geraakt door de vreugde en de pracht van ons geloof die uit deze bedevaartplaats spreekt, echt een van de hoogtepunten van de reis!

Na deze mooie ervaring reisden we verder naar Italië waar we rond 19.30 uur bij ons hotel aankwamen.

Ga terug naar de top van de pagina

 

 

Ga terug naar de top van de pagina

Dag 1: Vertrek

Update: 13 oktober

Het is zaterdag 12 oktober, de dag van vertrek. In alle vroegte verzamelde ons gezelschap van honderd pelgrims zich bij Hotel Brabant in Breda. De bussen brachten ons naar de Zwitserse grens, waar een uitstekend hotel ons wachtte.

We onderbraken de reis in Eibingen, Waar we de Abdij Sint-Hildegard bezochten. De eerste dag stond in het teken van de heilige Hildegard van Bingen. Een hoogbegaafde en spirituele vrouw uit de twaalfde eeuw. Paus Benedict XVI heeft haar uitgeroepen tot kerklerares. De reis naar Eibingen verliep voorspoedig. De sfeer zit er goed in. We genoten van het schitterende weer en we arriveerden onder een volstrekt blauwe hemel. Voordat de eucharistieviering begon, genoten we van de abdijkerk met schilderingen van de ‘Beuroner Kunstschule’, een kunststijl die vroegchristelijke Byzantijnse en Egyptische vormelementen samenbrengt. De abdij zelf is aan het begin van de twintigste eeuw gebouwd. Het is een bijzonder gebouw dat indruk op ons maakt: Het uiterlijk is middeleeuws, maar het is eigenlijk een jong kerkgebouw.

In deze abdijkerk vierden we de eucharistie met mgr. Liesen als hoofcelebrant. Samen met het bedevaartskoor ondersteunde Jan Schuurmans de viering met zang. Speciaal voor Sint Hildegard zong het koor de vaste gezangen in het Gregoriaans. In zijn homilie stond bisschop Liesen stil bij de persoon van Hildegard. Mgr. Liesen: “Zij ontving visioenen. Maar wat hebben wij als wij deze niet ontvangen? In elk geval de schrift. De schrift vertelt dat God alles doet om bij ons te zijn. En dan komt het aan op ons antwoord.” De bisschop werkte dit uit aan de hand van de zaligsprekingen.

Na de viering bezochten we het kloostercomplex en de kloosterwinkel. Er werden likeuren, kruiden en boeken verkocht die iets lieten zien van de heilige Hildegard. Daarna vervolgden we onze weg naar Weil am Rhein nabij de Zwitserse grens. Daar aangekomen genoten we van een heerlijk diner en nachtrust.

Wat ons bijblijft: de prachtige ligging van het klooster op de hellingen van de heuvels aan de Rijn. Als je het dorp Eibingen binnenrijdt, waan je je een beetje in de middeleeuwen. Ook de wijngaarden dragen daar aan bij. Dag 1 zit erop en we kijken terug op een goede start! Het mooie weer zorgde voor extra mooie landschappen. Ook de sfeer is goed en ingetogen. We hebben goede gesprekken met elkaar en de viering met de bisschop was inspirerend.

Ga terug naar de top van de pagina