Kerstboodschap bisschop Van den Hende

23 december 2008

Bij gelegenheid van het Kerstfeest zijn er jaarlijks talrijke boodschappen. Boodschappen die worden uitgesproken door staatshoofden, regeringsleiders en instanties. Boodschappen die vanuit de winkel worden meegedragen in tassen en dozen of die in de vorm van kerstpakketten worden afgeleverd. En dan is er nog de reclame die een boodschap voor ons heeft in velerlei vorm.

De boodschap van het evangelie
De boodschappen die we horen, doen, en ontvangen staan in de schaduw van de boodschap van het evangelie, van de blijde boodschap van onze Heer: de engel des Heren heeft aan Maria geboodschapt en zij heeft ontvangen van de heilige Geest (Luc. 1, 26-38). Het is de aankondiging van de geboorte van Jezus Christus, de vraag aan Maria om de moeder van de Heer te worden.

Menswording
Jaarlijks met het feest van Kerstmis staan we als christenen stil bij de bijzondere gebeurtenis van de menswording van God. “Toen de volheid van de tijd gekomen was, heeft God zijn Zoon gezonden, geboren uit een vrouw” (Gal. 4, 4a). God maakte zijn belofte waar. God is naar ons toegekomen om ons menselijk leven te delen in het kind Jezus Christus.

‘Het kind groeide op’
Toch is Kerstmis geen jaarlijks terugkerende kraamvisite. Ons gedenken van Jezus’ geboorte in het verleden is vooral verbonden met de toekomst. Jezus is geen kind gebleven: “Het kind groeide op en nam toe in krachten; het werd vervuld van wijsheid en de genade Gods rustte op Hem” (Luc. 2, 40). In de ontmoeting met Jezus heeft de mensheid God ten volle leren kennen: God houdt van ons, Hij is barmhartig, Gods liefde sterker is dan de dood (Pasen).

De levende Heer
Op Kerstmis kijken we weliswaar terug naar de geboorte van Christus, maar in het licht van Pasen richten wij onze blik ook op het heden en op de toekomst. In geloof weten we dat Gods mens geworden Zoon uiteindelijk onze gekruisigde en verrezen Heer is geworden. Het kleine kind Jezus van toen is de levende Heer van ons heden en onze toekomst: “Zie, Ik ben met u, alle dagen tot aan de voleinding der wereld” (Mt. 28, 20b).

De liefde van God delen
Maria’s antwoord was: “Mij geschiede naar uw Woord” (Lc. 1, 38). Nu, Kerstmis 2008, wil ik u en mijzelf de vraag stellen: Durven wij geloof te hechten aan God en zijn belofte? Durven wij ons leven te bouwen op de blijde boodschap van Christus? Zijn wij bereid én in staat gebleken om op onze beurt de liefde van God met andere mensen te delen. In Jezus’ woorden: wat hebt gij voor de minsten der Mijnen gedaan (Mt. 25, 31-46)? En hebben wij de moed om – zoals Maria – in geloof te zeggen: Mij geschiede naar uw Woord?

Ik bid dat vele boodschappen en kerstwensen hun inspiratie blijven ontlenen aan de blijde boodschap van het evangelie!

+ Johannes van den Hende
Bisschop van Breda


Kerststal H. Bonifacius te Kwadendamme.

 

Andere berichten