Op 8 april vond in Etten-Leur de studiedag van de Commissie voor Liturgie van het bisdom Breda plaats. Onderwerp van de dag was ‘Sacramentaliteit als kwaliteit van vieren en Kerk zijn’. Gastspreker was dr. H. Witte. Witte is werkzaam aan de Faculteit Katholieke Theologie van de Universiteit van Tilburg.
Ingewikkeld begrip
De in januari 2007 gepresenteerde beleidsnota van het bisdom Breda spreekt over sacramentaliteit als kwaliteit van Kerk zijn. Witte werd gevraagd om het begrip uit te diepen. Wim Tobé, secretaris van de Commissie voor Liturgie die de dag organiseerde en diaken in Hulst: “Het was een goede inleiding, die pittig was. Dat wisten we van tevoren. Sacramentaliteit is geen eenvoudig onderwerp.”
Witte noemde het in zijn inleiding een ‘ingewikkeld begrip’: “Het heeft veel lagen en aspecten en een lange geschiedenis.” In een theologische uiteenzetting verklaarde hij het begrip nader.
Sacramenten
Witte: “Wat sacramenten zijn, weten we wel ongeveer, maar sacramentaliteit? Er is duidelijk een verband tussen beide begrippen. Sacramentaliteit, mag men zeggen, is de binnenkant van wat we in de sacramenten vieren en tot expressie brengen. Het is daarmee tevens de waarde die het zevental der sacramenten verbindt.
Als waarde kan sacramentaliteit ook buiten het strikte domein van de zeven sacramenten herkend worden. Bijvoorbeeld als we spreken over de Kerk als sacrament, als we denken aan niet-sacramentele rituelen, zoals zegeningen of ‘sacramentaliën’, of zelfs als we een bepaalde vorm van denken ‘sacramenteel’ noemen.”
Sacramentaliteit
In de loop van de geschiedenis van Kerk en theologie is altijd aandacht geweest voor de sacramenten. “Wat specifiek aan de orde kwam, hing af van de problemen waarmee men te maken had of van verschuivingen in de mentaliteit,” aldus Witte, die zich vervolgens in zijn inleiding afvroeg waarom er dan vandaag de dag veel aandacht is voor sacramentaliteit.
God
Het antwoord bouwde hij op vanuit de constatering dat er onder gelovigen, ook degenen die kerkelijk actief zijn, vaak een houding is waarin het net is “of God niet meedoet in de praktijk van hun geloven en Kerk zijn. Dat komt niet voort uit bewust verzet tegen de betrokkenheid op het Godsgeheim, maar uit een beleving van God als ‘ver weg’.” Het besef van sacramentaliteit brengt juist de betrokkenheid op het geheim van God naar voren.
Één werkelijkheid
Vanuit de dogmatische constitutie over de Kerk van Vaticanum II, Lumen Gentium, verduidelijkte Witte de dieptestructuur van sacramentaliteit. De tekst wijst op de menselijke en goddelijke kant van de Kerk. Witte: “Het concilie staat op het standpunt dat we deze twee kanten van de Kerk niet als twee dingen moeten beschouwen, maar dat ze één, complexe werkelijkheid vormen.”
Het denken van mensen maakt graag onderscheid tussen het één en het ander, en legt zaken uiteen. “Sacramenteel denken verzet zich tegen een dergelijk opsplitsen. Het houdt de menselijke en de goddelijke realiteit bijeen,” aldus Witte.
Op basis van Lumen Gentium duidde hij zo de Kerk als ‘resultaat’ “van wat gegroeid is uit menselijke en goddelijke bron samen.” Het concilie vergelijkt de Kerk dan ook met het mysterie van het mensgeworden Woord, dat wij kennen “als een geheim van één persoon met twee naturen”.
Bemiddelen
Sacramentaliteit wijst op bemiddeling van Gods genadevolle toewending in Jezus Christus. Witte sneed tenslotte de vraag aan wanneer dat in Kerk en liturgie lukt. Niet als een bemiddelaar als een tussenpersoon tussen God en mens in blijft staan, zo stelde hij. Maar als hij God en mens met elkaar in contact brengt, “doorzichtig en doorlatend” is. “Zoiets vraagt om belangenloosheid. En dat is een spirituele kwaliteit.”
Werkwinkels
Na de inleiding vonden diverse werkwinkels plaats. Tobé: “De werkwinkels zaten royaal in de tijd, waardoor werkelijk een goed gesprek mogelijk was over de gevoeligheid voor het heilige. In de liturgie bijvoorbeeld in het omgaan met de voorwerpen en de muziek. En daarbuiten in het dagelijkse leven.”
Aan de dag namen zowel pastorale beroepskrachten als vrijwilligers uit parochies deel.