Paus Franciscus: ‘Je wordt priester om te midden van de mensen te leven’

1 december 2015

De congregatie voor de Clerus organiseerde op 19 en 20 november een congres onder de titel ‘Eén roeping, één vorming, één zending’ in de Pauselijke Universiteit Urbaniana in Rome om te herdenken dat vijftig jaar geleden het Tweede Vaticaans Concilie de decreten ‘Optatam totius’ en ‘Presbyterorum ordinis’ uitvaardigde. Rector Schnell van de Priester- en Diakenopleiding Bovendonk te Hoeven was bij dit congres aanwezig.

Beide decreten gaan over de vorming van priesters. Op het einde van het congres ontving paus Franciscus de deelnemers in de Sala Regia van het Vaticaan. Bij gelegenheid hiervan hield de paus een toespraak. In deze toespraak hield hij een pleidooi voor de menselijke vorming van de priester. Deze is noodzakelijk om zijn talenten in te kunnen zetten. Priesters zijn de apostelen van de vreugde. Ze verkondigen het evangelie dat goed nieuws is. We kunnen de ontmoeting tussen de mensen en het evangelie mogelijk maken, of verhinderen. Onze menselijkheid is een aarden vat waarin we Gods schat bewaren. We moeten zorg dragen voor dit vat, opdat we de kostbare inhoud kunnen overdragen.

Hogepriester, Dienaar, Goede Herder
Door te antwoorden op Gods roepstem, zo vervolgde de paus, worden we priesters om onze broeders en zusters te dienen. We oriënteren ons hierbij op de beelden van Christus als de hogepriester, die God en mens nabij is; op het beeld van Christus als dienaar, die zijn leerlingen de voeten wast en zo de zwaksten nabij is en op het beeld van Christus als de Goede Herder die altijd zorg draagt voor zijn kudde.

“Dit zijn de drie beelden waarnaar we moeten kijken,” aldus de paus, “wanneer we denken aan het dienstwerk van de priester. We zijn gezonden om mensen te dienen, om Gods barmhartigheid naar hen te brengen en hun zijn woord van leven aan te kondigen. We zijn niet priester voor onszelf. Onze eigen heiliging is nauw verbonden met die van het volk van God.” Priesters zijn gezalfd voor hun ambt ten behoeve van het volk. Dit besef helpt priesters gezagsvol doch niet autoritair te zijn, sterk maar niet hard, vreugdevol doch niet oppervlakkig, kortom pastores maar geen functionarissen. De paus citeerde in dit verband de kerkvader Ambrosius van Milaan die in de vierde eeuw al opmerkte dat waar barmhartigheid is, de geest van God aanwezig is en waar starheid heerst enkel zijn bedienaren. De dienaar zonder zijn Heer verstart en dat is een gevaar voor het volk van God.

Op het einde van zijn toespraak beklemtoonde paus Franciscus nogmaals dat de priester altijd tussen de mensen staat. De priester is geen functionaris die zijn werk doet en buiten zijn baan een eigen leven leidt. Iemand wordt priester om te midden van de mensen te leven. Het goede dat hij kan doen komt voort uit zijn nabijheid en liefde voor de mensen. Priesters zijn hun vaders en broeders.

Uitdaging vanwege de nieuwe evangelisatie: eenvoud
Rector Schnell van de Priester- en Diakenopleiding Bovendonk te Hoeven was bij dit congres aanwezig. Hij spreekt van een intensieve bijeenkomst. “We waren samen met rectoren van priesteropleidingen, bisschoppen en anderen die beroepsmatig bij de priesteropleiding betrokken zijn. De dagen waren gevuld met lezingen.” Rector Schnell denkt even na over de hoogtepunten en noemt er twee. “Zelf was ik onder de indruk van de voordracht van de aartsbisschop van Manilla, kardinaal Tagle. Hij sprak over de uitdagingen van de nieuwe evangelisatie voor de levensstijl van de priester. De priester dient in alle eenvoud de taal van de mensen te spreken. Hij moet een authentieke verkondiger zijn. Het leven van de priester dient overeen te komen met datgene wat hij verkondigt. Ten derde is de nederigheid de basishouding van de priester.”

Rector Schnell noemt ook de lezing van de Italiaanse jezuïet Antonio Spadaro, hoofdredacteur van La Civiltà Cattolica, een vooraanstaand tijdschrift van de sociëteit van Jezus. “Hij sprak over de betekenis van de sociale media voor de priesteropleiding. Voor de jongeren generatie (onder de veertig jaar) is het internet een thuis, terwijl het voor ouderen een huis is. Ouderen lezen een tekst en overwegen die. Zij gaan in de diepte. Jongeren oriënteren zich horizontaal op het wereldwijde web. Zij ontmoeten elkaar op knooppunten, waar hun leven zich afspeelt. Dit betekent dat deze generatie op een andere manier informatie verwerkt dan wij. Dit heeft ook gevolgen voor hun omgang met de Schrift,” aldus rector Schnell.

(Bron: Vatican Information Service 20 november 2015/Bisdom Breda)

 

Andere berichten