)In alle vroegte vertrokken zaterdag 22 oktober 209 pelgrims van het bisdom Breda vanuit de verschillende opstapplaatsen In West-Brabant en Zeeland naar Assisi en Padua. De bussen doorkruisten Duitsland om in de avond arriveerden om ’s avonds in de omgeving van Kufstein, net over de Oostenrijkse grens te arriveren.
De eerste reisdag stond in het teken van twee personen. De bedevaartgangers stonden stil bij Maria en, in het verlengde van haar, paus Johannes-Paulus II wiens gedachtenis de Kerk op 22 oktober viert. Deze paus stelde zijn aardse pelgrimage op een bijzondere manier in het teken van Maria. Een grote groep pelgrims bekeek in de bus de film Johannes-Paulus II : a celebration of his life. Door deze film maakten zij kennis met het leven en de betekenis van deze paus die de Kerk van 1978 tot en met 2005 leidde.
De dom van Speyer
De pelgrims vierden de eucharistie in de Kaiserdom van Speyer. Keizer Koenraad II begon met de bouw van deze kerk. De dom is bijzonder bekend door de Kaisergruft, de crypte waar verschillende Duitse keizers begraven zijn. Deze kathedraal is aan Onze Lieve Vrouw toegewijd. Zo was hij een geschikte plaats om de liturgie van Maria op zaterdag te vieren. Bisschop Van den Hende was de hoofdcelebrant en verzorgde de homilie. De priesters die de bedevaart begeleiden concelebreerden. De priesterstudenten van het bisdom fungeerden als acolyth.
Pelgrim in het spoor van Maria
Bisschop Van den Hende benadrukte de betekenis van Maria als pelgrim. Hij liet zien dat de bedevaartgangers in een lange traditie staan. Al vanaf Abraham roept God mensen op uit hun vertrouwde land weg te trekken. Hun reisplan is in Gods hand. God, zo benadrukte hij, heeft met ieder mens een plan. Ieder mens is door God gewild en heeft een roeping. Ieder mens wordt uitgedaagd om op God te vertrouwen en met God op tocht te gaan. Zo ook Maria. Zij is de pelgrim bij uitstek. Zij heeft haar jawoord gesproken en is, aldus de bisschop, met het woord van God in haar hart op weg gegaan. Dit wordt heel concreet in de evangelie-pericope over haar ontmoeting met Eliabeth. Maria vraagt ons haar hierin ten volgen en ons niet te schamen voor onze roeping. Deze uit zich in woorden en concrete daden van verbondenheid. Zo leert de mens dat hij niet alleen op deze bedevaart onderweg is.