Op donderdag 17 november kwamen kerkmusici uit het bisdom Breda in de hal van het bisschopshuis bij elkaar om met elkaar van gedachte te wisselen over de positie van de kerkmusicus in de praktijk van de parochie. Dit ‘Hogerhuis voor de kerkmuziek’ is een gezamenlijk initiatief van bisschop Van den Hende en de diocesane afdeling van de Nederlandse Sint Gregoriusvereniging.
Liturgie en kerkmusici
De bijeenkomst werd ook bijgewoond door mgr. dr. J. Liesen, hulpbisschop van ’s-Hertogenbosch in zijn hoedanigheid van referent voor liturgie binnen de bisschoppenconferentie, en enkele gasten uit het bisdom Rotterdam. Na de pauze discussieerden de kerkmusici over hun verankering in de parochie, hun relatie tot de pastorale beroepskrachten en enkele rechtspositionele aangelegenheden.
De antwoordpsalm
Het zwaartepunt van het programma lag voor de pauze. Bisschop Van den Hende verzorgde toen een inleiding over de plaats van de antwoordpsalm binnen de eucharistieviering. Hij besprak de antwoordpsalm als integraal onderdeel van de liturgie van het woord. De antwoordpsalm vormt een schakel tussen de eerste en tweede lezing. De bisschop verwees naar artikel 61 van het Algemeen Statuut van het Missaal, waarin de functie en de plaats van de antwoordpsalm uiteen wordt gezet.
Psalmen
De Catechismus van de Katholieke Kerk wijdt p enkele passages aan de Psalmen. De Psalmen voeden het gebed van het volk van God als gemeenschap (CKK 2586). Daarnaast wordt in het psalmboek het woord van God tot gebed van de mens (CKK 2587).
In de Psalmen komen alle menselijke emoties, van ontreddering tot vertrouwen, aan de orde. Tot slot komen de veelvuldige uitdrukkingen van het psalmgebed zowel in de tempelliturgie als in het hart van de mens tot leven (CKK 2588). Door het bidden van de Psalm treedt de gelovige in dialoog met de tekst van de eerste lezing. In de liturgie draagt de lector of de cantor de psalm voor. De gelovigen antwoorden door het zingen of reciteren van de antifoon. Deze onderstreept de thematiek. De Psalm bevordert zo de overweging van het woord en opent de mens voor het woord van de Heer.
Psalmvertaling
De liturgie maakt gebruik van de psalmvertaling van de dominicaan pater Ad Bronkhorst uit 1969. Deze vertaling sluit het best aan bij de eisen die aan een vertaling worden gesteld in het document ‘Liturgiam authenticam over het gebruik van de volkstaal in de uitgaven van de Romeinse liturgie’ van de hand van de Congregatie van de Eredienst en de Sacramenten. Het is ook de vertaling die te vinden is in het brevier.