Op zondag 7 februari werd voorafgaand aan de tv-uitzending van de eucharistie een Geloofsgesprek uitgezonden met pastoor Lars Peetam uit Breda. In het Geloofsgesprek vertelt hij over zijn roeping tot het priesterschap. Dat hij nu in Breda werkt, ervaart hij als een roeping binnen een roeping.
“Priester worden is echt aan mij gebeurd. Ik herinner me een heel concreet moment toen ik 16 was. Ik had nog geen idee wat ik na de middelbare school wilde gaan doen. Maar op eerste Paasdag in Assendelft in de kerk had ik een heel sterke ervaring bij het zien van de priester in de kerk. Ik zag rond hem een soort lichtstraal en van binnen hoorde ik een stem die zei: Dat is iets voor jou.”
“Het was een indrukwekkend moment en dat blijft je ook bij op momenten van twijfel. Je weet: dit is mijn weg. Inderdaad zijn er daarna nog wel momenten van twijfel. Daarom is het goed dat de priesteropleiding lang duurt. Zeven jaar in mijn geval. Die tijd heb je echt nodig om dingen te leren van theologie, om jezelf en om God te leren kennen. Je moet leren dat je niet alles op eigen kracht hoeft te doen. Als je je dat realiseert, juist dan komt wat mij betreft de roeping duidelijk naar voren. God doet het met jou.”
“En nu sta ik in Breda. Ik ervaar dat als een roeping binnen een roeping. Het was een samenloop van omstandigheden, waardoor ik hier terecht ben gekomen. Er kwamen een aantal dingen bij elkaar waardoor je het gevoel krijgt: dit is mijn route.”
“Breda is even wennen,” bekent hij. “Hier zit het katholicisme bij wijze van spreken in de grond, in de bodem. Dat geeft het gevoel: we zijn al katholiek. En er is een wat andere omgang met bijvoorbeeld de agenda. Op vrijdagavond wordt er in Breda ‘s avonds niet vergaderd.” Om eraan toe te voegen: “Op zich is dat ook wel fijn zo’n vrije vrijdagavond…”
“Geluk wordt niet bepaald door de plek waar je bent. Maar je roeping weten, weten dat God een plan met je leven heeft. Je leven kan een kant opgaan die je niet had verwacht. Ik had niet verwacht nu in Breda te zijn. Maar ik ervaar dat God met me meegaat en dat ik hier veel goede dingen kan doen. Dat maakt mij een gelukkig mens.”