Op woensdagavond 16 maart hield bisschop Van den Hende een inleiding op Bovendonk voor de Ridderorde van het heilig Graf van Jeruzalem van de regio West- en Midden-Brabant en Zeeland. De bisschop was uitgenodigd om te spreken over de sociale leer van de Kerk, naar aanleiding van de encycliek Caritas in Veritate van paus Benedictus XVI uit 2009.
“In concrete daden heeft de Kerk door de eeuwen heen geantwoord en gestalte gegeven aan naastenliefde door de werken van barmhartigheid en charitatieve instellingen. Was er eerst sprake van afzonderlijke werken van liefdadigheid en caritas, in de negentiende eeuw werd een begin gemaakt met een sociale leer als zodanig,” gaf de bisschop aan.
Daden van geloof
De bisschop ging onder meer in op de Bijbel als bron en basis van de sociale leer. “De dienst aan de naaste [..] is een onmisbare uiting van ons geloof en heeft alles te maken met geloofwaardigheid.”
Zo staat in de Jakobusbrief: “Broeders, wat baat het een mens te beweren dat hij geloof heeft, als hij geen daden kan laten zien? Kan zo’n geloof hem soms redden? Stel dat een broeder of zuster geen kleren heeft en niets om te eten, en iemand van u zou zeggen: ‘Geluk ermee! Houd u warm en eet maar goed, en hij zou niets doen om in hun stoffelijke nood te voorzien – wat heeft dat voor zin? Zo is het ook met geloof, op zichzelf genomen, zonder zich in daden te uiten, dood” (Jak. 2, 14-17).
De aansporingen en bouwstenen die de Bijbel geeft voor de ontwikkeling van de sociale leer van de Kerk zijn heel concreet. De bisschop illustreerde de geleefde traditie van de Kerk aan de hand van drie heiligen: St. Martinus van Tours, St. Antonius van Padua en de heilige Elisabeth van Thüringen.
Het Tweede Vaticaans Concilie
Bisschop Van den Hende: “Het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) benadrukte in het document Gaudium et Spes, dat de groei van de menselijke persoon en de uitbouw van de maatschappij van elkaar afhankelijk zijn. Het sociale leven is voor de mens niet iets bijkomstigs: de mens heeft een sociaal karakter en is een relationeel wezen. Juist in de omgang met anderen, in wederzijds dienstbetoon en in dialoog komen de van God gekregen talenten van een mens tot ontplooiing.”
Caritas in Veritate
Tot slot ging de bisschop in op de encycliek ‘Caritas in Veritate’: “Caritas in Veritate betekent: liefde in waarheid. In de inleiding van de encycliek verwijst de paus naar de liefde die Jezus Christus bezielde, de liefde waarvan Christus getuigde met Zijn aardse leven en met Zijn dood en verrijzenis. God heeft deze liefde ook in het hart en de geest van de mens gelegd. Het is de roeping van de mens om krachtens deze liefde zijn medemens lief te hebben.”
“Paus Benedictus zegt dat die liefde de rode draad is die door de sociale leer van de Kerk loopt. Wanneer in de sociale leer gesproken wordt over verantwoordelijkheid en verplichting, dan komt dat voort uit die liefde en hangt nauw samen met de voornaamste geboden die de Heer ons heeft voorgehouden, namelijk ‘Gij zult de Heer uw God liefhebben met geheel uw hart, geheel uw ziel en geheel uw verstand. Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf’ (Mt. 22, 36-40).”
De rijkdom van het geloof
“De Katholieke sociale leer wordt wel eens ‘het grootste geheim van de Kerk’ genoemd. Dat ligt aan onszelf en betekent dat we nog steeds niet voldoende de rijkdom van ons geloof voor het voetlicht brengen in de ontmoeting met de medemens en de samenleving. Ik hoop en bid dat we als katholieken ons in de nabije toekomst met meer bezieling zullen toeleggen op de zending van Kerk in onze wereld,” aldus de bisschop tot besluit van zijn inleiding.
Meer lezen
Download de nieuwsbrief van het bisdom van Breda ‘Geloof en diaconie’, klik hier
Lees ook het geloofsboekje ‘Daden van geloof’, klik hier