“God, kom te hulp.” Met deze woorden opende mgr. H. Lommers het middaggebed in de H. Antoniuskathedraal te Breda. Dit middaggebed markeerde meteen de start van de Vastenestafette van het bisdom Breda.
Het vormde ook de opmaat voor een bezinningsprogramma in de kathedraal met twee eucharistievieringen, gebedsmomenten en een sobere maaltijd na de vespers. Tijdens de maaltijd verzorgde mevrouw Betsy Thijssen een korte presentatie van haar reis naar Malawi.
Voorbereiding op Pasen
Bisschop Van den Hende was in beide eucharistievieringen de hoofdcelebrant. In zijn homilie ging hij meteen naar de kern. “We beginnen op Aswoensdag onze voorbereiding op Pasen. Het gaat in deze periode om de bekering van het hart tot God en onze relatie met de naaste. Dit is het hart van het geloof. Het gaat in de Veertigdagentijd niet om uiterlijk vertoon maar om onze verzoening met God.”
De bisschop stond kort stil bij de Vastenboodschap van Paus Benedictus. XVI “De paus benadrukt dat onze taak zeker ook in de wereld ligt maar dat deze begint in ons eigen hart. Alles wat wij doen begint binnen in ons hart. Het askruisje is het teken van bekering, van berouw, van onze terugkeer naar God. Het is de permanente bekoring van de mens, aldus de paus, om de oorzaak van kwaad en onrecht buiten zichzelf te zoeken, alsof onrecht van buitenaf zou komen. Maar allereerst heeft een mens de bevrijding nodig van het hart.”
Veertig dagen
In zijn inleiding na de laatste eucharistieviering werkte de bisschop dit thema verder uit. Hij stond nadrukkelijk stil bij de betekenis van het bijbelse getal veertig. Toen het water van de zondvloed begon te zakken, opende Noach na veertig dagen het venster dat hij in de ark had aangebracht (Gen. 8,6). Het volk Israël trok, na de bevrijding uit Egypte, veertig jaar door de woestijn (Ex.). Elia liep, na gesterkt te zijn door het brood, veertig dagen naar de berg Horeb (1 Kon. 19, 8).
Jezus bracht, voordat Hij zijn openbare optreden begon, veertig dagen in de woestijn door. Daar bekoorde de duivel Hem met voedsel, macht en aanzien (Lc. 4, 1-13). Na zijn Verrijzenis verscheen Jezus veertig dagen aan zijn leerlingen. Hij sprak met hen over het Rijk Gods (Hand 1, 3). Zowel voor het Joodse volk als de leerlingen van Jezus was de tijd van veertig jaren en van veertig dagen een periode van uitzuivering, van ommekeer en bezinning.
‘Een kans om ons hart te geven aan God’
“Zo is de Veertigdagentijd 2010 een kans die God ons aanreikt om ons hart te geven aan God,” aldus de bisschop. “We kunnen kijken waar we zelf staan in onze relatie met God en de naaste. De bevrijding van ons eigen hart is nodig. Zo bereiden we ons voor op Pasen. Met Pasen vieren we de verrijzenis van de Heer. Zijn kruisdood en verrijzenis zijn de ultieme blijk van Gods liefde: Gods Zoon die zichzelf voor ons geeft. De Veertigdagentijd is een periode om ons leven af te stemmen op het nieuwe leven van Jezus Christus. Hiervoor zijn het gebed, het vasten en het geven van aalmoezen hulpmiddelen.”
In die zin nodigde de bisschop de aanwezigen uit om zich in gebed verbonden te weten met de vastenestafette.
De estafette trekt op donderdag 18 februari naar Oosterhout.
Volg de vastenestafette via het blog op deze site. Klik hier