Antoniusacademie over vluchtelingen zoekt de verbinding

22 mei 2016

“We zoeken de verbinding om iets goeds te doen voor mensen die het nodig hebben. Dat is de hoop die ik bij deze Antoniusacademie heb. We leggen vandaag contacten en dat is hopelijk een basis om verder op voort te bouwen.” Dit zei bisschop Liesen tijdens de Antoniusacademie over vluchtelingen. De bijeenkomst vond plaats op vrijdag 20 mei in de bijruimte van de H. Antoniuskathedraal in Breda.

Locatie en omgeving
Secretaris-generaal Ben Hartmann heette de aanwezigen welkom om daarna het woord te geven aan de eerste spreker, de heer Harald Philipsen, locatiemanager bij het COA van AZC De Boschpoort in Breda. Harald Philipsen lichtte toe hoe het COA werkt als politiek-religieus neutrale organisatie. De opdracht is asielzoekers op te vangen en te zorgen voor leefbaarheid, veiligheid en beheersbaarheid. Hij gaf aan dat, hoewel het terrein van het AZC zelf neutraal is, de bewoners van De Boschpoort in de stad aansluiting kunnen zoeken bij de kerk of moskee.

Religie als kracht
De heer Dennis Peters ging daarna in op zijn ervaringen. Als medewerker van Kerk in Nood bezocht hij verschillende landen en conflictgebieden. De achtergrond van vluchtelingen is heel divers, signaleerde hij. Sommige mensen komen uit een grote stad en anderen uit kleine dorpen die geheel christelijk waren en waar IS binnenviel. “Kan niet, zowel voor moslims als christenen, juist religie een grote kracht zijn in een nieuw land? En zou dat iets kunnen betekenen voor het COA?” vroeg hij zich hardop af.

Moeilijkheden in een nieuwe omgeving
Fatin Mattey-Enshaw vluchtte in het verleden vanuit Bagdad naar Nederland. Zij schetste problemen die zij in Nederland ontmoette en waar ook christelijke vluchtelingen nu mee te maken hebben. De christelijke cultuur is anders dan de islamitische cultuur, gaf ze aan. Ze wees op aanslagen op kerken en de moord op priesters. Het maakt mensen angstig en voorzichtig, ook in de Nederlandse situatie.

Sociale leer van de Kerk
Diaken Peter Hoefnagels bracht daarna enkele punten in uit de sociale leer van de Kerk. Deze spreekt van het recht van mensen om, wanneer legitieme belangen dat ingeven, te emigreren naar een andere politieke gemeenschap en zich daar te vestigen. De Catechismus van de Katholieke Kerk zegt dat de rijkere naties verplicht zijn zoveel mogelijk onderdak te bieden aan de vreemdeling die op zoek is naar de veiligheid en het levensonderhoud dat hij in eigen land niet kan ontvangen (CKK, nr. 2241).

Samenwerking tussen Kerk en Staat, hoewel gescheiden, is daarbij niet uitgesloten. De sociale leer van de Kerk beveelt juist een goede samenwerking aan, ten dienste van de mens (Compendium van de Sociale leer van de Kerk, nr. 425). Dat benadrukte ook bisschop Liesen in zijn slotwoord: “Het COA wil voor elke mens gelijk zijn. Dat heeft raakpunten met de opdracht van de Kerk om er voor iedereen te zijn. Dat is wat ‘katholiek’ wil zeggen: algemeen.”

Gerechtigheid en barmhartigheid
“Recht en gerechtigheid zijn een groot goed. We hebben er nog niet genoeg van in onze samenleving en moeten eraan werken om dat te verbeteren. Maar christenen moeten nog een stap verder zetten dan gerechtigheid. We beleven dit jaar als het jaar van de barmhartigheid. Volgens de parabel van de barmhartige Samaritaan maakt het voor onze barmhartigheid niet uit wie iemand is, of waar hij vandaan komt. We moeten degenen helpen die onze helpende hand kan gebruiken. Ik hoop en mik er ook op, dat er -met respect voor de neutraliteit van de overheid- mogelijkheden ontstaan in de praktische sfeer om mensen te helpen die een uitgestoken hand nodig hebben.”

“We hebben als mensen een zwakke kant, en we hebben de uitgestoken hand van de ander nodig. De parabel van de barmhartige Samaritaan blijft een geweldig verhaal. De kern ervan is, dat we als christenen aannemen dat de Samaritaan de persoon van Christus is, dat wij de gewonde mens zijn die langs de kant van de weg ligt, en dat Hij zich om die mens ontfermd heeft. We zijn verplicht de hand uit te steken naar degenen die onze hulp nodig hebben, omdat we eerst zelf hulp van Christus hebben ontvangen.”

 

Andere berichten