Gelovigen moeten laten zien dat ze trots zijn op hun kerk. Dit was het verrassende slot van de lezing van de godsdienstsocioloog Joep de Hart op 5 maart in de Thomasparochie te Oosterhout. Een positieve houding spreekt jongeren aan. Hiervoor is volgens de Hart volop reden. Hij heeft eens becijferd wat het voor de samenleving betekent als de kerken verdwijnen. Gelovige kerkleden doen relatief veel vrijwilligerswerk, ook buiten hun kerk. Ze geven meer dan anderen aan goede doelen. Zonder kerk droogt veel maatschappelijk engagement op en komen ook andere organisaties in nood.
Kerk houdt haar betekenis
De Hart sprak naar aanleiding van het vierde rapport God in Nederland. De KRO presenteert dit rapport op 14 april 2007.
Een van zijn meest opvallende conclusies was dat ondanks de ontkerkelijking de kerk in Nederland haar betekenis niet verloren heeft. De meerderheid van de Nederlanders kent de kerk een belangrijke rol toe bij de handhaving van de moraal en vindt dat de kerk een grote rol moet spelen bij nationale gebeurtenissen. Voor een toenemende groep speelt de kerk een rol bij de beleving van de nationale en zelfs Europese identiteit. Desondanks daalt het ledental van de kerk. Volgens De Hart is dit geen geïsoleerd verschijnsel. Ook politieke partijen en vakbonden delen in haar lot. De afname van kerkelijke betrokkenheid betekent niet dat de gelovigheid afneemt. Zo zegt de helft van de Nederlanders ooit God te hebben ervaren. De moderne gelovige verschilt in veel opzichten van zijn voorouders. Zo is geloof voor hem of haar een persoonlijke zaak. Het is eerder een zoektocht dan een vaste overtuiging. Zijn innerlijke ervaring is hierbij zijn belangrijkste kompas. Hij stelt zijn eigen opvattingen ter discussie. Hij combineert elementen uit verschillende religies. De Hart merkt in dit verband op dat secularisatie eerder geduid kan worden als individualisering. Vooral de verschijningsvorm van religie verandert. Niet de groep maar het individu prevaleert.
Gevolgen voor kerkelijk leven
De Hart schetste de gevolgen voor het kerkelijk leven. Binnen de Kerk is in de toekomst een kleine groep kernleden actief. Zij houden een organisatie in stand die velen weliswaar waarderen maar waaraan ze vrijwel niet deelnemen. Binnen de kerk ontstaan nieuwe vormen van participatie. Vrijwilligers leggen zich niet meer voor lange tijd vast maar doen mee aan kortdurende projecten. Ze hebben een voorkeur voor activiteiten waarbij ze zelf belang hebben.
Wat te doen.
Kerken kunnen hierop inspelen. Hij daagde de kerken uit het experiment niet te schuwen. Veel organisaties kijken niet over hun grenzen heen en beperken zich tot hun eigen kring. Veel vrijwilligers zijn actief omdat ze eens gevraagd zijn, aldus De Hart. Zo wordt een groot potentieel niet eens aangeboord. Kerken zullen een divers pakket aan activiteiten moeten organiseren. Hierbij dienen ze rekening moeten houden met diverse doelgroepen als jongeren en allochtonen. De Hart adviseerde de aanwezigen ook de mogelijkheden van de digitale snelweg te exploreren. Op internet komen moderne vormen van gemeenschap tot stand. Hij adviseerde kerken bondgenootschappen aan te gaan met andere maatschappelijke organisaties als bijvoorbeeld de brede school.